- 31 -
maar blijft bij een financiële gemeentelijke bijdrage. Als gemeente hebben wij
immers nooit een bijdrage geleverd in de vorm van adviezen als het betreft on
der andere de bouw van bejaardenwoningen.
Mevr. Grooten
Onze fraktie maakt wel bezwaar tegen het toekennen van de voorgestelde subsi
die. Onze fraktie is het met de vorige spreekster eens dat de stichting het
nodige heeft gedaan voor de bejaarden en ook nu nog wel doet. Hierbij vindt
onze fraktie wel dat het een beetje op een woningbouwvereniging gaat lijken.
Ik wijs u er echter qp dat het niet in overeenstenming is met de huidige so
ciaal economische omstandigheden cm nu 5.000,van gemeenschapsgelden uit
te geven voor de sokkel van het beeldje. Het genoemde bedrag zou naar onze me
ning beter besteed kunnen worden als onderdeel van het bedrag dat moet worden
aangapend cm een noodzakelijk goed opgezette voorziening mogelijk te maken
voor de huidige bejaarden, die niet zelf meer voor een warme maaltijd kunnen
zorgen. Ook zou dit moeten gelden voor de toekomstige bejaarden, die van deze
voorzieningen gebruik zouden moeten maken. Een goed opgezette organisatie bij
voorbeeld in samenwerking met Rijsbergen zal hiervoor een blijvende oplossing
moeten bieden. Daarom dat onze fraktie tegen het onderhavige voorstel stemt.
De voorzitter
De woorden van mevr. Bcnmelijn vertalend, merk ik op, dat zij zegt de ge-
meenteraad heeft eigenlijk zo weinig in de stichting te vertellen. Hieromtrent
wijs ik u erop, dat de stichting draait dank zij het feit, dat zij zich nooit
door iemand iets heeft laten zeggen. In verband hiermede geldt het feit, dat
de kerk en de gemeente des tijds goed tegen elkaar zijn uitgespeeld, omdat de
voorzitter, de pastoor en de vice-voorzitter de burgemeester is. Derhalve
loopt dat altijd zodanig, dat je daarmede nooit uit de voeten kunt. Als vice-
voorzitter, niet benoemd door de gemeente, doch cmdat de stichteres van de
stichting dat destijds zo heeft bepaald in haar testament, merk ik op, dat ik
deze benoeming heb aanvaard. In vroegere tijden was het de schout van gemeen
tewege, thans is dat de burgemeester. Omtrent de stichting wijs ik u er op,
dat zij erg op haar zelfstandigheid is gesteld. Zij vreest voorts, dat indien
aan anderen invloed op haar beleid wordt gegeven, de stichting binnen zeer
korte termijn zal ophouden te bestaan. Dat zou men janmer vinden. Men bestaat
nu immers al weer 500 jaar, terwijl de stichting goed funktioneertgelet op
het aantal van 99 bejaardenwoningen. Deze worden tot tevredenheid onderhouden
en toegewezen. Waar nodig wordt overleg gevoerd met de gemeente, doch een we
zenlijke inspraak van de gare ente zou de stichting echter niet accepteren.
Mevr. Boimelijn
De woningen/wooneenheden aan de Caspar Damstraat zijn ook van een woningbouw
vereniging, doch het bestuur daarvan stelt in samenwerking met de gemeente de
lijst van woningzoekenden op en wijst deze toe. Zulks is tegengesteld bij de
stichting, terwijl men toch een eigen beleid voert. Hiermede ben ik het niet
eens.
De voorzitter
De oorzaak hiervan is gelegen in het feit, dat de stichting zelfstandig is,
zoals ik al reeds heb betoogd. Hierbij merk ik op dat bij de woningen aan de
Caspar Damstraat een van de voorwaarden van de gemeentelijke medewerking was,
dat in overleg met de gemeente de woningen zouden worden toegewezen. Dat is
natuurlijk een ander verhaal dan een stichting die 500 jaar bestaat; de ter
sprake gebrachte woningen zijn maar 5 a 7 jaar oud. Voorts merk ik op dat de
stichting goed draait. Zij is financieel gezond. Er is reeds sedert jaren een
bedrag gereserveerd teneinde de kosten van de festiviteiten ter gelegenheid
van de viering van het 500-jarig bestaan te dekken. Bij deze viering worden
alle bewoners van de bejaardenwoningen betrokken; hen wordt een maaltijd aan
geboden. Bij deze gelegenheid wordt dan ook een beeldje geplaatst, dat de
stichting zelf heeft betaald. Dit beeldje kost een lieve cent. Het enige wat
- de -