- 28 - Mevr. Grooten Onze fraktie heeft zich, meneer de voorzitter, afgevraagd of de onderhavige verlichting bij de lange zomeravonden wel nodig is. Hierbij rijst de vraag hoeveel mensen van de verlichting gebruik zullen maken. Onze fraktie wil niet zomaar 'neen' tegen het voorstel zeggen, omdat er een advies terzake van de sportraad is gevraagd. Voorts zou naar mijn mening dan onze fraktie onjuist handelen in het licht van andere sportsubsidies. Toch wil onze fraktie in zijn algemeenheid opmerken, dat er toch gemakkelijk en veel geld wordt uitge geven aan subsidiering van de sport. Hierbij behoef ik alleen maar te kijken naar de agenda van deze vergadering die terzake 4 agendapunten vermeldt, ge paard net een niet gering totaalbedrag. Voorts merk ik op dat veel kleinere aanvragen om subsidie worden afgewezen, terwijl deze voor betrokkenen heel belangrijk kunnen zijn. Daarom wil ik aan mijn betoog de volgende vraag toe voegen zou de wethouder van sportzaken kunnen aangeven of iets van zijn voornemen dit jaar op het sportgebeuren te bezuinigen, iets is terecht geko men. De heer Marijnissen De tennisvereniging heeft naar mijn mening goed beagurmenteerd waarom naar haar mening de verlichting noodzakelijk is. Overigens wijs ik u op het feit, dat het kollege enkele jaren geleden al tegen de vereniging heeft gezegd, dat niet zonaar met de subsidiering van de verlichting kon worden ingestemd. Daarcm ook dat toen de subsidie-aanvrage is afgewezen. In vergelijking met toen is nu echter een belangrijk aspect van de eigen inbreng c.q. de zelf werkzaamheid. Dit aspect nu wordt steeds meer in onze voorstellen aangegeven. Omtrent de door u genoemde 4 andere agendapunten, betrekking hebbend op sub sidiering van sportverenigingen, wijs ik u erop, dat ook hier de aspecten van de zelfwerkzaamheid zijn vermeld. Het aspect van de zelfwerkzaamheid is een vande uitgangspunten die steeds verder in onze voorstellen doordringt; zij gaat een steeds belangrijkere rol spelen in het totale beleid omtrent de sportsubsidies. Uw argument voorts dat teveel subsidie aan het sportgebeuren worden gegeven en dat daardoor minder aandacht aan andere aspékten zou wor den besteed, bestrijd ik ten zeerste. Hoewel er erg veel geld naar het sport gebeuren vloeit, ben ik van mening dat door deze handelwijze de belangen van cte Zundertse bevolking het beste worden gediend, cmdat namelijk veel geld in het sportgebeuren wordt besteed aan de vorming van de jeugd. Hierbij merk ik op, dat velen een leeftijd hebben bereikt, die mogelijk was door de training. Deze training cp zijn beurt was dan weer mogelijk door de subsidiering in het verleden. Thans zie ik geen mogelijkheden cm in de subsidiering van het sportgebeuren te bezuinigen. Tot zover mijn standpunt en ik wijs u er qp, dat ik dit standpunt in de toekomst ten sterkste zal verdedigen. Mevr. Grooten De wethouder betoogt wel, dat er best wel wat geld naar het sportgebeuren mag toevloeien. Hiermede bevestigt hij indirect dat er een aantal zaken minder belangrijk worden gevonden. Bij deze andere zaken gaat het meestal cm kleine re bedragen, terwijl deze echt wel voor de betrokken groeperingen erg belang rijk zijn, zeker ook voor hun toekomst. Ik heb in mijn'betoog met de nodige voorzichtigheid getracht de onderhavige subsidiering in het totale beeld in te passen. Daarcm ook héb ik juist niet gezegd, dat de onderhavige subsidiëring niet zou mogen worden toegekend, omdat dan juist een bepaalde sportvereniging in relatie tot een andere tekort zou worden gedaan. Onze indruk in de afgelo pen periode en alles overziend heeft bij onze fraktie de vraag doen rijzen of de sport in een aantal situaties niet teveel subsidie ontvangt. De voorzitter Er is inderdaad in het verleden heel wat subsidie aan de sport toegekend. Hierbij wijs ik u er wel op, dathet heel wat aantallen leden van verenigingen betreft. Voorts merk ik op dat de sportsubsidie een overzienbaar bedrag is, terwijl anderzijds in het verleden de gemeente niet veel aandacht heeft be- - steed -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1983 | | pagina 140