Mevr. Grooten Indien u inderdaad vindt dat de foto's in Zundert moeten zijn gereproduceerd, dan kunt u blij zijn dat in de World Press Phototentoonstelling niets van Zun dert wordt tentoongesteld. Dit zou een slecht teken kunnen zijn. Ik wijs er u in dit verband op, dat de andere manifestaties gehouden in het kader van Autour de Vincent, ook niet plaatsgebonden zijn. De toneelstukken gaan inmers niet over Zundert. De groepen konen van buiten Zundert. Daarom dat ik u er op wijs, dat u op uw argumentatie van plaatsgebondenheid mij geen duidelijk ant woord geeft. U zegt alleen maar dat het plaatjes van Zundert zouden moeten zijn; dit nu vind ik een erg zwak argument. In ons pleidooi worden we gestemd door de diverse ontvangen adhesiebetuigingen van buurtschappen. Onze fraktie blijft derhalve zeggen dat er weinig van uw gronden van de plaatsgebondenheid wordt teruggevonden. Ik meen op grond van het vorenstaande dat de commissie geen wezenlijke argumenten naar voren brengt, op grond waarvan de subsidie alsnog zou moeten worden onthouden. Onze fraktie is het derhalve eens met het 2e en 3e argument in het beroepschrift dat, indien de raad het advies van de commissie overneemt, er sprake is van ongelijkheid en daardoor van onbehoorlijk bestuur. Ons voorstel is dan ook het college van burgemeester en wethouders te verzoeken zelf een gesprek te houden met het bestuur van de Stichting Rotor. Hierin zouden dan alle op- en aanmerkingen en alle bezwaren onder elkaar moeten worden uitgesproken. Daarna zou aan de raad een nieuw voorstel moeten worden aangeboden. De voorzitter De vergelijking met het bloemencorso, de Autour de Vincent en deze tentoonstel ling is naar voren gebracht. Daarcm dat het kollege opmerkt dat de elementen van het corso en Autour de Vincent aanzienlijker en belangrijker van de plaats gebondenheid getuigen dan de tentoonstelling, die al een aantal jaren is gesub sidieerd. Dit houdt echter niet in dat de subsidie tot in lengte van jaren zou moeten blijven worden toegekend. De gemeente blijft zich de vrijheid voorbehou den cm ten aanzien van bepaalde evenementen te zeggen dat zulks voor een paar jaar goed is, en dat daarvoor subsidie wordt toegekend. Dit wil echter niet zeggen dat deze subsidie moet worden gekontinueerd. Hierbij is het duidelijk gebleken dat het voorts geen specifieke Zundertse aangelegenheid betreft, ter wijl het gemeentebestuur zich de vrijheid voorbehoudt om ook niet-Zundertse aangelegenheden te subsidiëren. Ik merk op dat de tentoonstelling, indien men deze enkele malen heeft gezien, dezelfde beelden vertonen van sportlieden en neergeschoten staatslieden. Zulks heeft in Zundert onvoldoende weerklank gevon den, omdat het aantal bezoekers aanzienlijk onder het inwonertal van de gemeen te blijft. Voorts bevinden zich onder de bezoekers veel mensen van buiten de gemeente. De gemeente vindt daarcm dat de subsidie maar eens moest worden be ëindigd, cmdat de gemeente, nogmaals gesteld, niet is gebonden aan de kontinue- ring van de subsidie. De konsekwentie van het een enkele maal subsidiëren van de tentoonstelling moet naar mijn mening niet zijn dat de subsidie moet worden gekontinueerd, en dat de raad terzake geen ander besluit zou kunnen nemen. In dien een ander verzoek wordt ingediend, zal dat opnieuw worden bezien. De ge meente Zundert subsidieert wel meer incidentele aanvragen. In verband hiermede wijs ik u op het voorbeeld van de uitwisselingen met Auvers sur Oise; in dit kader worden immers wel incidentele subsidies verstrekt, doch deze worden niet bekostigd uit een daarvoor opgenomen post. Derhalve kan niet worden gesteld dat deze post geheel moet worden opgesoupeerd. De subsidie kan derhalve worden ver strekt uit de post algemene middelen. Overigens blijft het kollege met de com missie van mening dat het beroep ongegrond moet worden verklaard. Mevr. Grooten Ik blijf echter uw argumenten zwak vinden, cmdat namelijk veel inwoners van Zundert van mening zijn, dat de tentoonstelling er wel degelijk bij hoort; dat deze wel degelijk plaatsgebonden is en dat deze ook werkelijk iets betekent. Ook wijs ik u er op, dat het bezoekersaantal voor een dergelijke tentoonstel ling behoorlijk is te noemen. Ik ben voorts van mening dat het subsidiebedrag - Verhoudingsgewijs -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1983 | | pagina 131