- 2 -
Het is dan ook een moeilijke taak. Tijdens al de discussiesdie gevoerd
zijn in verband met de bestuurlijke herindeling is het geluid gehoord om
de taak-voor het buitengebied een bestemmingsplan vast te stellen-bij de
gemeenten weg te halen en over te hevelen naar de gewesten of de mini-
provincies, want de gemeenten kunnen die verantwoordelijkheid eigenlijk
niet aan. Dat is allemaal niet doorgegaan. En ik ben toch blij dat die
Wet op de Ruimtelijke Ordening zegt dat de gemeenteraad, de raad van de
plaatselijke gemeente, de zeggenschap heeft over het hele eigen grond
gebied, voor wat betreft de ruimtelijke ordening. En dat de autonomie
van de gemeente en van het gemeentebestuur ten opzichte van de andere be
stuurslagen ook inhoudt dat de gemeenteraad een bestemmingsplan in het
buitengebied moet vaststellen en de regels moet geven hoe dat gebied
gebruikt wordt en wat daarin het meest gewenste gebruik is. Dat even als
allereerste opmerking over de betekenis van een bestemmingsplan buitenge
bied en wat daar bestuurlijk een beetje aan vast zit.
Nu in Zundert wordt gezegd dat we met een bijzondere situatie te maken
hebben. Dat wil ik even nalopen. In het algemeen zijn er in buitengebie
den -en dat is ook een van de redenen waarom het zo moeizaam gaat bij
het voorbereiden en vaststellen van een plan- problemen omtrent het agra
risch grondgebruik en belangen van natuur en landschap,
het behoud en ontwikkeling
daarvan mede daaronder begrepen. En daar tussen door speelt nog vaak de
rekreatie. Op zich is die spanning tussen het aanwezige grondgebruik en
de natuurwetenschappelijke belangen vaak een voldoende reden dat het een aan
tal jaren duurt eer dat zo'n plan goed en wel uitgekristalliseerd is en
door de gemeenteraad wordt vastgesteld. En in Zundert is de situatie zo
dat we belangrijke natuurgebieden binnen onze grenzen hebben, zowel aan
de oost- als aan de westzijde. En toch denk ik dat dat voor Zundert eigen
lijk niet het meest specifieke is. Het specifieke is dat in Zundert een
agrarische situatie aanwezig is, waarin veel intensieve tuinbouw in de
vorm van boom- en plantenkwekerij is. Een belangrijk gegeven voor de lo
kale werkgelegenheid. En daarin doet zich de situatie voor dat van de on
geveer 900 bedrijven er zo'n 500 agrarische full-time bedrijven aanwezig
zijn. Een ander groot deel vormt de zogenaamde part-time-bedrijven. Ik
zeg niet dat het precies 400 zijn, maar van die 400 bedrijven naast die
500 full-time-bedrijven is een groot deel part-time-bedrijven. Dat is een
complicatie, denk ik, die ook specifiek voor Zundert is. Zo'n concentratie
van mensen, die in het buitengebied wonen en voor een gedeelte van hun
inkomen ook daar hun werk hebben, maar voor een ander gedeelte ook elders
hun inkomen verdienen. Waarom is dat een complicatie? Omdat in het rijks
beleid, in het provinciaal beleid en eigenlijk dus ingevolge die Wet op
de Ruimtelijke Ordening voor wat betreft het gemeentelijk beleid een onder
scheid tussen het buitengebied en de bebouwde kom is gemaakt, waarin het
buitengebied is bestemd voor de boer en voor het landschap en de natuur en
ook voor de open ruimte en de rust voor de mensen, die in de groten steden
wonen, en de rekreatie.
Dat onderscheid is in feite de grondpeiler dat er geen burger-woning-bouw
zo maar verspreid in het buitengebied mag plaatsvinden, want dat gaat het
hele verschil tussen de bebouwde kommen en het landschap teniet. Zoals
vroeger middels lintbebouwingen wel gebeurde. En dat feit dat het algemene
beleid is dat geen burgerbouw in het buitengebied plaatsvindt, is nu net
de complicatie, waardoor de specifieke situatie van Zundert is dat er nogal
wat mensen zijn, die voor een gedeelte van hun dagtaak agrariër zijn en
voor een ander gedeelte een ander beroep uitoefenen en als zodanig een
halve burgerwoning bewonen. Die mensen zijn in feite ook halve agrariërs.
Dat is ongeveer de situatie, wanneer we spreken over part-timers. Wat be
tekent dat nu voor ons plan buitengebied? De gewone agrarische bedrijven
-ik denk dat dat in feite als we de zaak bekijken- helemaal niet zo'n pro
bleem behoeft te zijn. Alle aanwezige bedrijven zijn geinventariseerd. Ze
zijn netjes onderzocht. Er is een enquête geweest, al een aantal jaren ge
leden. Het is de bedoeling, en dat vindt u in de discussie nota, dat alle
zittende bedrijven -en dan bedoel ik volwaardige bedrijven- en ook alle
part-time -bedrijven, die er al zitten, netjes in het buitengebied-plan
worden gelegaliseerd. Ze zullen op de kaart worden aangewezen. Men kan dan