- 70 - De voorzitter: Ik dacht dat we op dit moment daaraan nog niet toe waren. De heer Marijnissen: Ik wil u graag een vergadering van de commissie Openbare Werken toezeggen doch niet alleen ter bespreking van dit probleem, maar ook over diverse andere problemen in het kader van de wegenver harding. Het speelt natuurlijk niet alleen, omdat nu hier een brief van deze mensen ligt. We moeten het geheel bezien. De voorzitter: Ik geloof, dat je thans geen commissievergadering kunt toezeggen over dit gedeelte van de weg. Daar is eenvoudig niets van. De heer A. Jochems: Het gaat ook om 2^ km. wegenverharding. De voorzitter: Dat was uw vraag. Had u er nog een? De heer A. Jochems: Neen, meneer de voorzitter. De heer Domen: Meneer de voorzitter. Met onzetting heb ik kennis genomen van het feit dat er een kapsvergunning is verleend door uw college aan de heer De Bruijn, Bloemstraat te Zundert. En wel voor het kopen van een bosje en het verwijderen van een houtwal met een opstand van zware oude eiken bomen, grenzend aan mijn kwekerij. De betreffende wal is beplant met zware eiken bomen en is van grote cultuur historische waarde en heeft een zeer belangrijk visuele functie in het omliggende landschap. Het is één van de zeldzaam geworden houtwallen in ons open land schap. De betreffende houtwal gaf een bescherming aan mijn boom kwekerij. Door het weghalen van deze houtwal krijgt de Noorden- en Oostenwind vrij spel op mijn boomkwekerijgewassen, met alle nadelige gevolgen van dien. Zoals de verstuiving van de zaaiberm in het voorjaar en het gemakkelijk bevriezen van jonge kiemplant- jes Het werkklimaat van de mensen die hier bijna dagelijks werken, wordt aanzienlijk verslechterd of aangenaam beïnvloed. Het gehele aanzien en de vriendelijke ligging van mijn kwekerij wordt totaal ontluisterd, waardoor een nadelig economisch effect zal ontstaan. Ik ben door deze maatregel rechtstreeks getroffen in mijn belang, meneer de voorzitter. Maar ik niet alleen, maar met mij vele Zundertse natuurliefhebbers. Hier is een ingreep gepleegd op een stukje Zunderts natuurschoon in het bestaande landschap, dat na genoeg nooit meer zal zijn te vervangen. Een onverantwoordelijke daad, die ik zou willen bestempelen als een daad van agressie en als een moordaanslag op een gedeelte van ons zo kostbaar geworden natuurbezit in het buitengebied. Ik heb begrip, meneer de voorzitter, voor de economische belangen van de agrarische bevolking, waartoe ik zelf behoor. Maar hiermede is het economische belang niet gediend. Hier ondoordacht geplun derd en geroofd. Ik kan meegaan met het verwijderen van het bosje, dat toch al voor 80% was ontluisterd en leeg gevallen. Maar het ontmantelen van deze cultuur historische houtwal heeft mij diep getroffen. Ik zou u dan ook met klem willen verzoeken om maatregelen te treffen en wel op zeer korte termijn. Ik heb hier al eens eerder gewezen op de Schaapsdijk en de Maalbergenstraat Opdat datgene wat zich hier heeft afgespeeld in de toekomst zich -niet-

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1981 | | pagina 408