- 13 - er maar 7 kunnen worden gebruikt. Worden de overige 7 ook gebruikt, dan blok keert men het uitrijden van de 7 andere auto's. Vanmiddag hebben wij met 3 wa gens een proef op de som genomen bij het parkeren aan de bedieningsweg. Twee wagens zijn geparkeerd aan de westzijde van de weg, derhalve aan de zijde van het trottoir. Toen hebben wij de overgebleven wagen voor een smalle uitrit ge zet. Uit de proef bleek, dat indien er geparkeerd wordt door 3, 4 of 5 wagens of meer het heel moeilijk wordt om uit te rijden. Het uitrijden zou nog wel kunnen gebeuren met een personenauto, doch niet met een vrachtauto. Op grond hiervan ondersteunen wij het standpunt van het college. Jammer genoeg ook voor de fa. Bruijns B.V. dat deze niet meer tuin heeft, anders zou zij op haar per ceel ook een parkeerterrein kunnen maken, zoals dat diverse andere zaken heb ben gedaan. Ik noem de bank, Haest en anderen. Weer anderen hebben hun perceel nog braak liggen. Mocht het derhalve nodig zijn dan kunnen ook deze personen nog altijd mensen ontvangen. Op grond van deze proef zijn wij van mening dat het voorstel van het college moet worden ondersteund; derhalve de handhaving van het ingestelde tweezijdige parkeerverbod. De voorzitter Als daar inderdaad een aantal wagens staat geparkeerd en er komt een grote vrachtauto -daar is het indertijd om te doen geweest-, dan kan men er niet in of uit. Nu staat er thans af ten toe wel eens een auto geparkeerd, daar van ondervindt men geen overlast. Gebeurt dit parkeren op grote schaal, dan kan men er niet steken, hoewel de weg daarvoor wel is gemaakt. Daarbij komt nog, zoals de heer Hoekman stelt, dat iedereen die daar woont een smak van ruimte heeft. Als men derhalve wil parkeren, dan bieden de diepe percelen daarvoor voldoende ruimte. Er is nooit sprake geweest van parkeren, omdat het ging om de ontsluiting van de percelen. Hierdoor zouden deeigen percelenaan de achterzijde bereikbaar worden, zodat men daar verder kon doen en laten wat men wilde, waaronder het parkeren, garages bouwen en noem maar op. De heer Mulders Meneer de voorzitter, uitvoerig ingaan op de achtergronden die hebben geleid tot het beroepschrift van Bruijns B.V. en 10 anderen tegen de verkeersmaatre gelen voor de bedieningsweg, is ons inziens overbodig. Wel willen wij ons standpunt uiteen zetten, die wij in deze kwestie hebben ingenomen. De bedie ningsweg is toentertijd aangelegd, om een betere ontsluiting, c.q. bereikbaar heid te verkrijgen van de percelen van de aan de Molenstraat gelegen onderne mers. Onder de bereikbaarheid van de percelen vallen naar onze mening ook de cliënten, die de bedrijven van de diverse ondernemers willen bezoeken. Aange zien deze ondernemers zelf ook voor 50% in de kosten van de aanleg van deze weg hebben bijgedragen, willen zij uiteraard ook rendement van hun investering zien, mede gelet op het feit, dat bestuurders van motorrijtuigen prefereren hun auto achterom te parkeren, boven het gebruik te moeten maken van de zeer drukke en overvolle Molenstraat. De gemeente Zundert zag ook rendement in deze door haar gepleegde investering van 50%, die toch -en dat moeten we niet on derkennen- tot stand is gekomen met medewerking van de toenmalige grondeigena ren en ondernemers, die bereid waren een behoorlijke som geld op tafel te leg gen. De gemeente Zundert zag namelijk de ontsluiting van haar achterliggend gebied, de sporthal enzovoort waardoor zij een verbindings- en voetpad tot stand kon brengen. Tegenover de stelling die u voert ten aanzien van de appel lanten, dat door hen nooit de bedoeling is uitgesproken daardoor een nieuw parkeerterrein te verkrijgen, kunnen wij stellen dat in de voorbesprekingen nooit door uw college is verteld, dat parkeerverboden zullen worden ingevoerd en drempels zouden gelegd, zodra de weg klaar zou zijn. Ook zij zouden dan hieraan nooit hun medewerking hebben verleend, en nooit een financiële bijdra ge hebben gegeven. Daardoor zou er ook nooit een bedieningsweg zijn gekomen. Het rapport, uitgebracht door de hoofdingenieur-directeur van de rijkswater staat in de provincie Noord-Brabant en de zienswijze, die de verkeersveilig- heidsinspecteur in het rayon Noord-Brabant, alsmede de rijkspolitie te Zundert delen ten aanzien van de instelling van een tweezijdig parkeerverbod, wordt - door -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1981 | | pagina 244