- 5 -
De heer A. Jochems
Naar mijn mening beslist de eigenaar van de gronden over het jachtrecht.
Hierbij speelt natuurlijk een rol het feit dat er meerdere gemeentegronden
zijn gelegen, die niet in verhuur aan het Oranje Comité zijn uitgegeven.
De voorzitter
Het grootste gedeelte van de gronden is uitgegeven aan het Oranje Comité
Daarbij komt het feit dat zulks is gebeurd zonder verdere voorwaarden, zo
dat het moeilijk wordt alsnog het jachtrecht te verhuren. Verhuurd is ver
huurd. Als de gemeente zich het jachtrecht voorbehoudt dan wordt het een
andere zaak. Als men het zonder meer verhuurt, dan is de huur vrij van
rechten. Dat het gebruikelijk is nadere voorwaarden te stellen is een an
dere zaak. Het college heeft deze nadere voorwaarden niet gesteld in het
kader van de uitspraak van 1979.
De heer Jacobs
Als het Oranje Comité het recht heeft de gronden te verhuren, dan kan de
raad wel de huur al of niet toewijzen. Dit hoeft voor het Oranje Comité
geen binding te zijn.
De voorzitter
Het Oranje Comité kan de gronden niet verhuren, doch wel toestemming ge
ven aan iemand zich op de gronden te bevinden. De oplossing zou kunnen
zijn hetgeen de heer Arnouts heeft betoogd, namelijk de mening van de
raad peilen inzake het voorstel van het college om de gronden niet aan de
heer Hereijgers te verhuren.
De heer Marijnissen
Gestemd zou kunnen worden ook over het standpunt van de raad van 1979, om
dat zich op andere gronden bospercelen bevinden, die betrokkene liever
niet in het jachtrecht opgenomen ziet.
De voorzitter
Dit maakt naar mijn mening de zaak niet principieel verschillend. Dit zou
ik voorts buiten beschouwing willen laten. Daarom breng ik in stemming het
voorstel van het college, gelet op de beleidslijn van 1979. Dit kan naar
mijn mening het beste geschieden met handopsteken. Wie zijn hand opsteekt
is voor het voorstel van het college de gronden niet te verhuren.
Bij de stemming met handopsteken constateert de voorzitter dat er 5 leden
voor het voorstel zijn en 9 tegen.
De voorzitter konkludeert daarop dat de gronden wel zouden dienen te wor
den verhuurd. Daarop neemt hij het voorstel over van de heer Arnouts
om de verhuur aan de heer Hereijgers te bespreken met het Oranje Comité.
Het resultaat daarvan zal worden medegedeeld.
De heer Laurijssen
Als ik de brief van de heer Hereijgers goed heb gelezen, dan staat daarin
vermeld, dat hij de huur verzoekt niet alleen van het onderhavige dahlia-
veld, maar ook van de overige gronden in Oekel.
De voorzitter
Het college stelt voor om de gronden niet te verhuren. Uiteraard liggen er
nog meerdere gronden, waarvan de bestemming nog moet worden ingevuld.
Hiervoor ontvangt uw raad te zijner tijd nog een voorstel tot verkoop on
der voorwaarden. Deze gronden moeten buiten de verhuur van het jachtrecht
worden gehouden. Naar mijn mening moeten deze gronden vrij blijven en niet
worden belast met het jachtrecht. Dat zou onverstandig zijn. Over de gron
den met een bestemming, zoals die aan de heer Kennis en aan het Oranje Co
mité zijn aangeboden en die naar de mening van de raad toch voor verhuur
van het jachtrecht in aanmerking dienen te komen, zal het college met be-
- trokken -
