- 26 -
De voorzitter
Ik heb kennis genomen van de standpunten van de heren A. Jochems en Van
der Kloot. Discussie over deze standpunten is naar mijn mening weinig zin
vol. De standpunten zijn immers bekend. De heer Zwaard antwoordend stel
ik dat het college al hetgeen doet, wat het met de hem ter beschikking
staande middelen moet doen. Thans loopt een beroep ingevolge de Hinderwet.
Het resultaat moet worden afgewacht. Ook het college wenst dat aan de ge
hele kwestie een einde komt en dat tot een een bevredigende regeling wordt
gekomen. Zolang echter de hinderwetsvergunning niet onherroepelijk is, kan
echter terzake niets worden gedaan. Dat spijt mij. Er zijn geen verdere mid
delen voor handen. Wat er ook zij van u beoordeling, u moet toch uitgaan
van de feitelijke mogelijkheden, die ten dienste staan.
De heer Zwaard
Het is een feit, dat in het verleden grote fouten zijn begaan. Het spijt
mij dat het gemeentebestuur deze niet heeft onderkend.
De voorzitter
Wat voor fouten zouden er zijn begaan?
De heer Zwaard
Het is algemeen bekend, dat er zonder vergunning is gebouwd. Op dat moment
zou het college hebben moeten ingrijpen. Dit is niet gebeurt. Hangende de
behandeling van het beroep bij de Raad van State duurt de kwestie nog steeds
voort
De voorzitter
Er zijn inderdaad zonder vergunning 2 silo's gebouwd. Op de gebruikelijke
manier heeft oen het college gereageerd. Gesteld is toen dat de bouw in
principe in overeenstemming was met de ter plaatse geldende bebouwings
voorschriften. Derhalve kon worden gebouwd. Als deze vergunning voor de
bouw van de silo's zou zijn aangevraagd, dan zou deze moeten zijn verleend.
Degenen, die hebben gebouwd, zijn aangeschreven om alsnog een vergunning
aan te vragen. Deze vergunning is toen geweigerd om redenen van welstand.
Daarop is de veiling in beroep gegaan bij uw raad en na de ongegrondver-
klaring, is de veiling in beroep gegaan bij de Afdeling Rechtspraak van de
Raad van State. Zolang op dit beroep niet is beslist valt aan de bouw van
de silo's niets af te doen. Derhalve is er geen fout gemaakt.
De heer Zwaard
Omtrent de hinderwetsvergunning merk ik op dat deze is verleend bij be
sluit van 12 november 1980. Vergunninghoudster moet in de gelegenheid wor
den gesteld om alle gebreken te herstellen. Nu vraag ik mij af op welk
tijdstip dit zal gebeuren.
De voorzitter
Zulks zal geschieden, nadat de vergunning onherroepelijk zal zijn geworden.
Derhalve, nadat in beroep is beslist over de gehele kwestie. Dan zal gezegd
moeten worden binnen welke termijn alles in orde moet zijn.
De heer Zwaard
Dit houdt in dat, indien de heer Van Beek niet in beroep was gegaan, de
kwestie eerder zou zijn opgelost.
De voorzitter
Naar de mening van het college wel. De voorwaarden waren immers naar de
mening van het college, voldoende stringent. De heer Van Beek was het
echter hiermede niet eens. Deze taxatie heeft de heer Van Beek zelf ge
maakt. Door in beroep te gaan moest de heer Van Beek accepteren, dat han
gende de behandeling van zijn beroep, niets gebeurt. Derhalve is ook hier
niets fout gegaan.
De heer Zwaard
Ik wil nog even de gang van zaken memoreren.