- 27 -
de plannen klaarleggen, maar als we het subsidie er niet voor
krijgen dan zal het erg moeilijk Worden. En ik verwacht dat
het in 1380 zeer matig zal zijn als we al een subsidie krijgen
Ik verwacht dat het misschien 1981 zal worden, ik weet het
niet. Ilaar als we iets willen doen -en we willen iets doen-
dan geloof ik dat we naar andere wegen moeten zoeken. Ik
geloof dat we daarom eens gezamenlijk een keer moeten overwe
gen of we die wegen die in aanmerking komen om verhard
te worden dan maar niet zonder de dure voorzieningenvan belang
rijke verbredingen, belangrijke reconstructies uit moeten voe
ren. We zouden daar met eenvoudige middelen toch iets aan kun
nen gaan doen. Dit is wat ik in eerste instantie over de ver
harding van de wegen te zeggen had, mijnheer de voorzitter.
De voorzitter
Dank u wel wethouder.
Ik wou u toch nog wel eventjes aan het woord laten en uw
bijdrage vragen over het punt van de plaatsing van de licht
masten in het buitengebied.
Dat is verschillende malen ook voorgekomen bij de heer
Jochems om te beginnen.
De heer Marijnissen
Ook dit is een punt.
Kijk, de verlichting is een punt
-dacht ik- dat op het ogenblik erg in discussie staat.
Het is zo, er wordt van een kant gevraagd van doe wat aan
energiebesparing, akkoord.
U hebt dat ook kunnen zien in het voorstel wat wij van
avond gedaan hebben bij de mededelingen dat wij overwegen om
een besparing door te gaan voeren op de bestaande verlich
ting.
Het is natuurlijk een toch wel tegenovergestelde zaak
om enerzijds te vragen om een besparing, anderzijds te vra
gen; er moet meer licht komen.
Er kan natuurlijkbij-gesteld worden van goed, het gaat om
enkele plaatsen daar waar gevaar dreigt in het buitengebied.
Wij richten ons, zoals ook i-n het verleden is toegezegd,
op diverse punten waar heel duidelijk gevaar aanwe
zig is, maar niet daar waar wij dat zelf vinden, maar daar
waar door mensen van het vak, b.v. de politie, de noodzaak
daartoe aanwezig geacht wordt. En ik dacht dat deze ounten
erg schaars waren, gelet ook wat op dit gebied de laatste
jaren gedaan is.
Verder geloof ik niet dat we ten aanzien van de verlichting
aan een uitbreiding toe zijn.
Ik geloof dat we met zijn allen een heel goed beleid in het
verleden gevoerd hebben door er zeer zuinig mee te zijn.
Ik denk dat diegenen die daar behoefte aan hebben dat die
daar op dit moment op terug zullen gaan komen en dat die dus
andere maatregelen nemen.
Dus nogmaals, ik wil ten aanzien van de verlichting in het
buitengebied incidenteel -en dat is het standpunt van het
kolleger de zaak nader blijven bekijken. Prin
cipieel zeggen we dus "We willen spaarzaam zijn"
De voorzitter
Dank u wel wethouder.
Ik kan de heer Jochems antwoorden.
Hij heeft in zes woorden de vraag gesteld.