i
-3-
Voorbereidingsbe- 3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het vaststellen van een
sluit perceel K. voorbereidingsbesluit voor een gedeelte van het aan het Nederven ge-
nr.6502 (Nederven) legen perceel sektie K.nr.6502.
De heer Jacobs:
Ik wil er op wijzen dat dit perceel zeer geschikt is voor een uitbrei
ding van het kantoor van de notaris.
De voorzitter:
Het zou veel beter zijn wanneer die grond meer centraal in het dorp
gelegen is. Dat is de bedoeling, die gelegen is in de plannen van de
notaris.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders besloten.
In-principe-verkla- 4« Voorstel van burgemeester en wethouders, inhoudende een principe
ring voorbereidings— verklaring tot het nemen van een voorbereidingsbe sluit voor een tweetal
besluit twee percelen percelen aan de Achtmaalseweg.
aan Achtmaalseweg.
Zonder diskussie of hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
Ongegrondverklaring
beroepschrift W.J.E.
W.M.NÖbelen tegen
weigering d.d. 30
november 1978 bouw
vergunning.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het ongegrond verklaren
van beroep van de heer W.J.E.W.M.Nobelen te Zundert ingestel tegen
het besluit van 30 november 1978 tot weigering van een vergunning tot
verbouw van het pand Blokenstraat 18 te Zundert.
De heer Hereijgers:
Wij zouden liever zien dat het standpunt dat vroeger ingenomen werd
met betrekking tot verbouwingen in het buitengebied enigszins ge
handhaafd blijft, en wel zodanig dat men binnen wel verbouwingen kan
verrichten.
De voorzitter:
Ik heb geeh bezwaar tegen bespreking van uw vraagstelling, maar ik
stel nu op de eerste plaats aan de orde het beroep van de heer Nobelen.
Wie wil hierover iets zeggen?
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens met betrekking tot het
beroepschrift van de heer W.J.E.W.M.Nobelen besloten overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders.
De heer Hereijgers:
Onze fraktie zou graag zien dat de mogelijkheden voor het verbouwen
van woningen in het buitengebied zodanig behouden worden
dat binnen de woning - uitèraard in overleg met dienst gemeentewerken -
de nodige verbouwingen uitgevoerd kunnen worden. De buitenkant van de
woning mag dan - behoudens een verniuewing - niet veranderd wor
den. Het is toch namelijk zo dat er subsidies worden verleend voor de
verbouw van toiletten en wasgelegenheden. Als het kollege de verbouwing
tegenhoudt, terwijl er subsidies verkregen kunnen worden voor de
verbouwing, dan wordt er met twee maten gemeten.
De voorzitter:
Dat niet zo gek als het lijkt. Als je mag verbouwen dan kan men
een subsidie verkrijgen. Als men niet mag verbouwen, dan krijgt men
geen subsidie. Dat is de eerste opmerking. Waarmee worden wij nu
gekonfronteerd? Wij hebben altijd gezegd dat wanneer een woning in het
buitengebied ongeveer in elkaar blijft zitten zoals die zit en er dus
een bedrijfsruimte in blijft dan mag je hem gaan bewonen als
niet-agragiër. Als iemand een boerderij koopt en de woning in hoofdzaak