-31- sico hiertoe wil ik in elk opzicht voorkomen. Ik hen zelf niet ter plaatse gaan kijken.Ik was immers niet op de hoogte van het probleem. Misschien kan het best zo zijn dat er enigestank en stofoverlast is. De voorzitter: Wilt u mijn mening over de zaak horen? Dat is een persoonlijke taxatie. Dat is deze: de hele kwestie van de overlast kunnen we middels de Hinderwet heel behoorlijk onder de knie krijgen. De geluidsoverlast hebben we, naar ik meen, al heel goed terug ge drongen. De eventuele stank- en stofoverlast kan ook worden be perkt. Dat is een reëel haalbare zaak op korte termijn. Dat taxeer ik. Dat moet te halen zijn. De bouwerij is een andere kwestie. Dat terrein heeft nu eenmaal de bestemming van veling en veevoeder fabriek. Aan de bestaande bestemming kun je heel weinig doen. De heer Zwaard: Hoe is die situatie toch kunnen ontstaan De voorzitter: Op grond van de geldende bestemming. De heer Zwaard: Dan vind ik die bestemming ter plaatse niet redelijk. De voorzitter: U moet mij niet verkeerd verstaan. Ik heb veel begrip voor die situatie van de heer van Beek. Maar ik vind dat het weinig nut heeft om de heer van Beek blij te maken met dode mus sen door grote woorden te spreken, die men niet waar kan maken. De heer Arnouts: Mij is het probleem enigszins bekend. Ik ben er nog niet geweest. Ik zal er wel eens gaan kijken. Ik vind het zo dat deze avond niet direkt een beslissing genomen behoeft te worden. Kunnen we op deze zaak niet in de volgende vergadering terugkomen? Dan hebben alle groeperingen de zaak kunnen bekijken. De heer Hoekman: Ik ben het met het voorstel van de heer Arnouts eens. Ik wil het kollege verzoeken om betreffende deze zaak in een van de eerst volgende vergaderingen met een voorbereidingsbesluit te komen. Ik zal dat het kollege in overweging willen geven. De voorzitter: Dat is de mening van uw groepering? De heer Hoekman: Ja. De heer A.Jochems: Wij zijn daar niet voor. Dit bedrijf mag niet belemmetd worden in zijn doen en laten. Het is wel terzijde, maar ik vraag me wel af of het nieuwe bedrijventerrein niet te dicht bij de bebouwde kom komt. De voorzitter: Nee, dat staat niet te dicht bij de bebouwde kom. Daarover is zeer uitvoerig gesproken met diverse instanties. De heer A.Jochems: Nu ik stof en geluid hoor noemen, meen ik dat er hier in de raad nog diverse keren over gesproken zal worden. Zeker nu men ook de overlast van vrachtwagens als zodanig aan de orde stelt.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1979 | | pagina 118