-12- Beëindiging recht van opstal m.b.t. voormalige voetbal veld aan Klein-Zun- dertseweg. Qngegrondverklaring beroep van A.J.E. v.d.Broek tegen een herplantplicht De nu aanwezige lijnen kun je niet zo maar even verwijderen. De stenen, waarop de strepen staan, moeten omgedraaid worden en dat kost nu eenmaal geld. Anders treedt er verwarring op door het feit dat er NP staat, terwijl er geen regel geldt. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeenkomstig het voor stel van burgemeester en wethouders besloten. 9. Voorstel van burgemeester en wethouders tot beëindiging van het aan de V.V.Noerse Boys gegeven recht van opstal met betrekking tot het voormalige voetbalveld aan de Klein-Zundertseweg. Zonder diskussie of hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 10. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het ongegrond verklaren van het door de heer A.J.P.van den Broek ingestelde beroep tegen een aan een kapvergunning verbonden herplantplicht. De voorzitter: Ik heb hier nog een brief die is ingekomen en die aan u is gericht. De inhoud daarvan luidt:"Aan de raad der gemeente Zundert. Edel achtbare heren, De reden van mijn bezwaar tegen het heropplanten van perceel sektie A nr. 778 is: het is door de ligging een te moeilijk te bewerken perceel. Het richt enorm veel schade aan de aangrenzende percelen. Hoogachtend, A.van den Broek." Ik wéét het verder ook niet. Deze brief is mij nog door de heer Hereijgers ter hand gesteld en ik dacht dat het korrekt was om er nog even mededeling van te doen. Er is nu aan de orde het voorstel inzake het ongegrondverklaren van het ingestelde beroep van de heer van den Broek. Wie wil daarover het woord voeren? De heren Hereijgers en A.Jochems. De heer Hereijgers: Ja, mijnheer de voorzitter, de heer van den Broek heeft mij inderdaad vandaag benaderd om die brief vandaag nog even mee te nemen, omdat hij zelf niet méér de gelegenheid had die brief vandaag naar het ge meentehuis te brengen. Daarom heb ik hem meegenomen. Hij noemt in die brief nog wat argumenten op betreffende zijn bezwaar tegen het heropplanten van het herceel nabij de Rucphenseweg. Ik ben het met van den Broek wel eens dat hij vraagt om een erfbeplanting, ge zien het belang dat hij heeft bij een erfbeplanting. Het huis en de stal staan zodanig in het vrije zicht dat die erfbeplanting zeker op zijn plaats is. Ik kan me ook goed voorstellen dat hij bezwaar heeft tegen het heropplanten van het perceeltje land. Het gaat om een per ceeltje van ongeveer 30 aren, waarop nog 69 bomen staan. Ik dacht dat in zo'n geval nauwelijks van een bos sprake was. Hoe het gekomen is dat er zo weinig bos nog staat, dat weet ik niet. Het schijnt dat er ook nog de helft van dood is geweest. Die moesten toch al gerooid worden. Hij heeft volgens de wet netjes een kapvergunning aangevraagd. Het perceel ligt midden in zijn landerijen. Hij heeft er langs alle kanten schade van. Van erfbeplanting heeft hij minder schade. Dus ik kan mij zijn standpunt heel goed indenken. Ik zou dus willen vragen om er aan mee te werken dat de herplantplicht omgezet wordt in een erfbeplanting. De voorzitter: Afgezien van de vraag of...laat ik eerst het woord geven aan de heer A.Jochems. De heer A.Jochems: Mijnheer de voorzitter, de agrarische groepering is de mening toege daan dat dat bosje daar midden in het agrarisch gebied gerust kan verdwijnen. Wij vinden het prachtig dat er een mooie erfbeplanting

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1978 | | pagina 99