-32-
dan zou hij weer kunnen gaan bedanken. Dan beschouw ik dat als een ver
loren tijd voor dat wethouderschap. Dat was ook de reden, dus de tweede,
waarom wij niet op hem gestemd hebben. Bovendien heb ik lang en breed
overal verteld dat het ons-t^ch wel moeite kostte om die koalitiegroep
die ons eigenlijk - mag ik/zo uitdrukken - het is niet kwaad bedoeld -
ons zoveel jaren in de hoek gezet heeft, nu in eens bij ons komt met
de vraag: kom ons nu even helpen en ga dan maar weer in de hoek staan.
Kijk, dat waren we niet van plan. Ik dank u wel, mijnheer de voorzitter.
De voorzitter:
Het blijft de bovenmeester. Ik dank u, mijnheer Pellis. Het woord is
nu aan de heer Jacobs.
De heer Jacobs:
Op de eerste plaats het volgende. De heer Pellis zegt dat wat Werk-
nemersbelangen zegt niet juist is. Wij hebben alleen maar twee dingen
gesteld, mijnheer Pellis, en dat is het volgende. Er zou alleen maar
één kandidaat komen van de zes. En de heren Pellis en Arnouts zouden
zich op dat moment geen kandidaat stellen. En dan het punt van de
negen: wij hebben vanaf het begin gezegd: het ligt niet aan ons,
jongens, dat er een breuk komt. Het ligt aan de andere partijen, want
zolang dat zij twee kandidaten stellen, was er een breuk. En
op de avond vóór deze vergadering was het ook niet op te lossen, want
anders hadden wij het ook kunnen oplossen. Dat was wat ik er nog
van wilde zéggen.
De voorzitter:
Het is nu gedaan in deze ronde. We gaan stemmen. De eerste stemming is
een vrije stemming. Iedereen mag stemmen. Heren, even het volgende.
U hebt allemaal een stemblocje voor u gekregen. Daarbij twee opmerkingen
Ik zie u allemaal de blaadjes afschuren. Inderdaad is het verstandig
om dat te doen, want anders krijg je misschien doordrukken en dan
zou je kunnep zien wie er op wie stemt. En ik neem aan dat u dat wilt
vermijden, althans tot zekere hoogte. Het tweede waarop ik zou willen
wijzen is dat u zorgvuldig één blaadje neemt. Want wanneer er een
blaadje teveel in de pot zou komen, dan is de stemming ongeldig. Ik
zou de heren Arnouts en Valk willen vragen om als stembureau te fun
geren.
Nadat de stembriefjes zijn ingeleverd, stelt de heer Arnouts namens
het stembureau vast dat er 15 stembriefjes zijn uitgebracht. Blijkens
die stembriefjes zijn, zoals de heer Valk meedeelt namens het stem
bureau, drie stemmen uitgebracht op de heer A.Jochems, 6 stemmen op
de heer Huijbregts, 3 stemmen op de heer Pellis en 3 stemmen op de
heer van der Kloot.
De voorzitter:
Ik stel vast dat er 3 stemmen zijn uitgebracht op de heer A.Jochems,
6 stemmen op de heer Huijbregts, 3 stemmen op de heer Pellis en 3
stemmen op de heer van der Kloot. Ik geef nu de gelegenheid wm na
deze stemronde verklaringen af te leggen, in twee termijnen. Om misver
standen te voorkomen wil ik er aan toe voegen dat wie in eerste ter
mijn spreekt ook in twee termijn mag spreken. Wie dus in de tweede ter
mijn wil spreken, moet dat dus ook in de eerste termijn gedaan hebben.
Wie wil er het woord op dit moment? De heer A.Jochems.
De heer A.Jochems:
Mijnheer de voorzitter, ik wil bij deze gelegenheid mijn kandidatuur
terugtrekken en een tussenoplossing zoeken voor die zeven maanden. Ik
stel voor namens onze groepering de heer Pellis te steunen, die al
eens eerder wethouder van sociale zaken is geweest.
De voorzitter:
