-7- bruikt, gevrijwaard blijft van fietsers. Het voorstel spreekt verder voor zich. Er hebben uitgebreide tekeningen in de map gelegen. heeft het allemaal kunnen zien. Wie wil er nog iets over zeggen? De heren Arnouts, van Nunen en Jacobs. De heer Arnouts: Ik vind dit een goed besluit, maar er is nog iets dat ik onder de aandacht wil brengen en dat is het volgende. Ik zou graag zien dat de brommers op de bedieningsweg vijftig meter verder op mochten rijden. En dat betekent dit dat het personeel,ongeveer 30 meisjes in totaal, van de chocolaterie Luijckx en de supermarkt van Haest zo achterlangs op het terrein kunnen rijden. Er moet dan een bord komen te staan van "Inrit brommers tot vijftig meter". Ik heb daarover een gesprek ge had met Haest en ik vind dat, nu ze vijftig procent in de kosten heb ben meebetaald, ze een beetje zeggingsschap in die zaak mogen hebben. Ze zijn buitengewoon tevreden. Ze zijn geweldig in hun schik met die weg, maar ze zouden deze wijziging zo willen zien dat de eerste vijftig meter gewoon een in- en uitrit waren voor de brommers. De voorzitter: Het bord,dat er nu staat en gold voor de oude situatie,moet terug naar de plaats waar de nieuwe weg overgaat in het smalle bestaande pad. Eenzelfde bord moet ook komen te staan bij het wegje dat naar de sporthal leidt. We krijgen overigens wel een afsluiting van de paadjes vanuit de Molenstraat voor bromfietsen. Dat is één. De heer Arnouts: Dat is juist. We zijn bij de sekretaris gaan kijken en die zaak aan hem voorgelegd. Wij hebben toen gevraagd of de brommers over het voet pad mogen rijden. Dat mocht bewust niet. Het voorstel is dan ook juist aangevuld. Mogen ze dan over de ventweg rijden, is toen gevraagd? Nee, dat mocht ook niet, want dat stond niet op de tekening aangegeven. Sekretaris, zo is het toch besproken of heb ik het verkeerd begrepen. De sekretaris: Ik blijk me vergist te Rebben, mijnheer Arnouts. De voorzitter: Zelfs de sekretaris vergist zich wel eens. Het is zelden, heel zelden. Het moet in de notulen opgemerkt worden, wamt dit is een zeldzame zaak. De heer Arnouts: Is het dan zo dat de brommers mogen rijden tot het punt, waar de weg smal wordt? Dat de hele bedieningsweg voor brommers toegankelijk is? De voorzitter: Inderdaad, behalve voor het voetpad. De heer Arnouts: Dan is het mij nu duidelijk. Kan het dan niet zo geregeld worden dat de brommers niet verder kunnen rijden dan tot het pad van de heer de Pijper? De voorzitter: De horden worden geplaatst op de hoeken van de op dat punt samen komende wegen en paden. Niet zo maar halverwege, maar op een duidelijk zichtbaar punt. Het is verstandig om het bord te plaatsen op een plaats waar de weg duidelijk iets nieuws wordt. Dat is van ondergeschikt be lang. Maar dan zijn we het over uw vraag nu duidelijk eens. Zijn er er nog andere punten, mijnheer Arnouts? De heer Arnouts: Nee, ik dank u.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1978 | | pagina 188