die rentelast meesleurt, dan is mij niet duidelijk waarom men niet
geprobeerd heeft die zaak aan een eind te brengen. Het enige wat wij
willen doen - en daarover zijn door de heer Pellis heel grote woorden
gebruikt - dat is dat wij de zaak in zijn proporties willen nemen.
Als je respekt hebt voor het werk van het bestuur van een gemeen
schapshuis, en als je dat waardeert en als je erkent dat het in Acht
maal een bizondere funktie vervult - ik .zal de laatste zijn om te
zeggen dat het hele kollege het daarmee helemaal eens is - maar wij
menen dat het niet aangaat om te zeggen dat het eenvoudig door tijds
verloop een onvoldoende zaak is. Wij hebben niet gezegd dat
wij het vertikken om te subsidiëren. Wij hebben gezegd: kom nu eens
met iets anders dan waarmee jullie vanaf het begin gekomen zijn, na
melijk kan de gemeente dit niet subsidiëren. Dit is het tiende of
twaalfde subsidieverzoek op een of andere manier gedaan. Sommige heb
ben de raad bereikt, sommige zijn onderhands geweest en andere weer
zijn proefballonnetjes geweest. Altijd daarop is het antwoord geweest:
beginnen jullie nu zelf eerst eens en dan zullen wij het sluitstuk
wel opmaken. Maar laat nu eerst eens zien dat je daar een eind aan
wilt maken en doe een beroep op de mensen. En kom dan maar praten.
Maar om nu maar te zeggen - en dat hebben we in alle andere gevallen
ook zo gedaan; wij hebben dat bij het zundertse gemeenschapshuis
ook gedaan ten aanzien van zaken, die aangeschaft waren en niet in
de subsidiëring betrokken waren; die hebben we ook laten hangen -
kom nu maar en we zullen het wel oplossen, nee, dat zou een verkeerd
gebruik zijn van de mogelijkheid van subsidiëring. Het is een goede
zaak dat wanneer men zegt dat het niet subsidiabel is men zich er van
weerhoudt toch een subsidie te vertrekken als men de zaak via een
achterdeur toch opgedrongen krijgt. Dat is de hele reden van de door
u zo scherp aangevallen houding van het kollege door de jaren heen.
Kijk maar naar de opstelling hier. Wij begrijpen eigenlijk niet hoe
u kunt vragen om 10.557»-» want op zijn best is er 6922,91 niet
gesubsidieerd. De rest is meegenomen. Het voorstel van de heer Valk
om zo maar 10557»- mee "te nemen dat is naar ik meen iets wat hele
maal niet kan worden waar gemaakt. Je kunt op zijn best zeggen: laat
het bestuur van het gemeenschapshuis eens een keer iets proberen.
Laat een avond houden voor het een en ander zo dat er een begin ge
maakt wordt. Nu weet ik welHet is geen plagerij, het is een nor
male afwerking, een heel soepele afwerking, want het is eigen
lijk heal gek. Er zit ergens een fout, een oneffenheid in de zaak.
Wij willen die zaak wel opklaren, wij willen de hand daarin wel
reiken, maar wij vinden dat toch de eerste aktiviteit uit moet gaan
van het bestuur. En dan praten we niet over de leden, want het is een
stichting. We praten dus over de stichting. En de mensen die daarin
werken moeten de zaak eerst in beweging zetten en proberen om er iets
op te vinden. Als ze daarmee niet gedraaid komen dan staan wij klaar
om er over te praten en om er aan mee te doen. Maar wij vinden dat
je niet kunt volstaan met een aantal malen te vragen: ach subsidi
eer dat nu eens. Dat is gewoon ontoereikend. De tweede termijn breekt
aan. Ik geef het woord aan de heer van der Kloot.
De heer van der Kloot:
Ja, mijnheer de voorzitter, het is mij wel duidelijk dat er formeel
destijds fouten zijn gemaakt, maar de bewering dat dat toneel niet
gesubsidieerd kon worden komt bij mij wel wat verkeerd over.
De voorzitter:
Dat is gebeurd. Dat is doodgewoon niet gesubsidieerd. En dat is een
besluit van 1970 geweest.
De heer van der Kloot:
Ik hoorde u in de zaal in de vergadering nog zeggen dat da culturele
dingen die er in Zundert zijn toch al miserabel zijn. En dan een paar
duizend gulden voor een toneel, dat zou dan toch wel...