De heer Hereijgers: Mijnheer de Voorzitter, de vorige spreker heeft bijna al het gras onder mVi voeten weggemaaid» Ik had ook gedacht aan een tussenoplos sing. Ik heb vandaag nog wat informatie proberen los te krijgen van mensen die vrij goed op de hoogte zijn van regeninstallaties en van motoren die daar voor gebruikt worden. In vakkringen is het zo dat losstaande dieselmotoren nogal wat last veroorzaken, bij traktoren is dat wat minder en elektromotoren nog minder. Er schijnen wat pro blemen te zijn bij de PNEM in verband met de levering van stroom voor zware elektromotoren, hetgeen een oplossing had kunnen zijn in die strook van 50 meter, waar de heer Jochems op doelt. Die strook van 50 meter is voor mij wel acceptabel maar dan omschreven als daar waar duidelijk overlast veroorzaakt wordt". Ik gelóóf niet dat het opgenomen kan worden via de Hinderr-wet, maar ik vindt wel dat er me tingen verricht moeten worden in decibel om vast te stellen waar hin der veroorzaakt wordt en waar geen hinder veroorzaakt wordt. De voorzitter: Als ik het goed begrijp is de strekking van het voorstel van de beide heren om te zeggen dat 'het als volgt moet zijn: "Het is de eigenaar enz., verboden een motor, daaronder begrepen een motor van het al dan niet aan het verkeer onttrokken motorvoertuig binnen de bebouwde kom of binnen een afstand van vijftig meter daarvan, zodanig in werking te brengen enz.". Ik begrijp de moeilijkheden wel aan de agrarische kant. In de bebouwde kom zal er niet zoveel beregend worden, denk ik, maar het gaat natuurlijk om de rand van de bebouwing. Ik moet U zeggen dat de hinder die de motoren kunnen veroorzaken evengoed door agra rische oren als door niet-agrarische oren wordt; gehoord. Van tevoren heeft het college hier over gesproken omdat wij wisten welke bezwaren er leefden. Wij hebben er begrip voor dat deze dingen in het agra risch gebied in het algemeen in onderling overleg beter geregeld kun nen worden dan aan de rand van de bebouwing en daarom kunnen wij met het voorstel zoals ik dat oplas en wij dat begrepen hebben, en van Uw achterban afkomt, wel instemmen. Het voorstel wordt door B en W overgenomen met al die dingen die daarin genoemd worden/betrekking heb ben op de bebouwde kom en een afstand van 50 meter. De heer Valk: Mijnheer de voorzitter, ik kan wel met het voorstel meegaan, maar een afstand van 50 meter is geen juiste grens bepaling. Het kan zo zijn dat in verband met de windrichting iets op 2oo meter afstand nog meer hoorbaar is dan tegen wind in op 25 meter. Ik weet niet of het met betrekking tot die afstand een juiste maatstaf zal zijn. De voorzitter: U hebt volkomen gelijk en het voorstel dat wij aanvankelijk geformu leerd hadden, dekt alles, maar geeft bij de agrariërs nogal wat on rust, want beregeningsinstallaties zijn na de laatste zomer natuurlijk een heilige zaak. Dat kunt U wel begrijpen. Men vreest dan wel wat moeilijkheden. De gevallen die ons bekend zijn en die eigenlijk de aanleiding waren om met dit voorstel te komen en naar onze mening een volstrekt onaanvaardbare overlast veroorzaakten worden daarmee, voor zover wij geïnformeerd zijn,wel gedekt. Het kan zo. Het is niet ideaal. Het is ideaal als niemand met motoren overlast mag veroorzaken. Gelet op de moeilijkheden, dacht ik dat hiermee een begin gemaakt zou kunnen worden, zonder dat van de agrarische kant daarvan al te veel problemen ondervonden behoeven te worden. Zonder verdere discussie of hoofdelijke stemming wordt het voorstel van

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1977 | | pagina 79