- 24 -
De heer Huijbregts:
Dan moet U het aanhouden!
De heer Zwaard:
En waar gaan we de volgende keer dan over praten? Over het
cijfertjes wisselen!
De heer Kunst:
Onder andere.
De heer Kalk:
Nou, nou!
De voorzitter:
Als het voorstel wordt afgestemd, zal het wel weer opnieuw
in discussie komen. Ik moet U zeggen dat ik een weinig ver
heffende behandeling voorzie-.in een volgende vergadering als
we dit voorstel aanhouden!
De heer Valk:
Aanhouden en dan via de commissie!
De voorzitter:
Nee, niet via de commissie. Dat heeft geen enkel nut.
De heer Kunst:
We krijgen dan misschien een duidelijke argumentatie van
de voor en nadelen van de bepaalde plannen.
De voorzitter:
Die kan de raad in zijn compleetheid ook wel leveren.
De heer Kunst
U kent mijn standpunt; ik ben tegen deze volgorde!
De voorzitter:
Er ligt een voorstel op tafel en ik geloof dat we dat in
stemming moeten brengen.
De heer Huijbregts:
Mijnheer de voorzitter, er gaan stemmen op die het in de
commissie willen brengen.
De voorzitter:
Ik zie daar helemaal niets in.
De heer Huijbregts:
U ziet daar niets in, maar de raad is de baas!
De voorzitter:
Dat zal toch wel blijken als het voorstel afgestemd wordt.
De heer Kunst:
Het is mogelijk dat er raadsleden zijn die deze volgorde
juist achten, maar dat ze toch een nadere argumentatie via
de commissie willen horen. Dat ze de commissie de kans wil
len geven met een nadere argumentatie naar voren te komen.
De voorzitter:
Ik geloof dat we de zaak in stemming moeten brnegen, als we
het niet halen, zullen we het wel zien.