- 18 - een "beetje te negatief allemaal. Het is tegenover de mensen die het aangaat niet eerlijk om het zo zwart af te schilde ren. Ik behoef daar geen antwoord op te hebben, ik zeg het alleen maar. Je moet dat toch wel genuanceerd kunnen bekijken. Ik heb mijn reaktie gegeven, nu zijn de heren in de gegeven volgorde weer aan de beurt. -^e heer Kunst: Misschien dat de heer Valk nog in eerste termijn mag? De voorzitter: Dat mag hij niet; hij mag na de tweede termijn aansluiten. De heer Kunst: Afgezien van het feit of het reëel is dat iemand anders een nieuw terrein beschikbaar wil stellen voor de rij ver eniging, vraag ik me toch af of het terrein dat eigendom is van de gemeente of dat toch niet te onnauwkeurig bekeken is op zijn waarde voor het woonwagencentrum en het nu eenmaal in gebruik is bij een rijvereniging en er voor B en geen andere oplossing is.ls dat zo? De voorzitter: Nee, het belangrijkste bezwaar in het college was de direkte ligging van het terrein tegen de achtertuinen aan. De heer Kunst: Goed. Dan heb ik toch nog wel een opmerking. Op de eerste plaats is het jammer dat deze kwestie niet behandeld is in de commissie Groei en Ontwikkeling. De voorzitter: Mag ik daar direkt op reageren? Het leek ons een zaak -en ik ben TJ die explicatie schuldig- die zo bij alle raadsleden leeft dat een commissievergadering geen nut zou hebben. Dit is een zaak die voor de volle raad interessant is en waar een commissie geen voorwerk zou hebben kunnen doen. De heer Kunst: Er zijn toch een heleboel onderwerpen die de belangstelling hebben van de gehele raad en die toch door de commissie be handeld worden. De voorzitter: Daarbij kan de commissie goed voorwerk doenJ De heer Kunst: Ik ben van mening dat de commissie toch wel wat goed voorwerk zou hebben kunnen verrichten. Maar goed, dat is dan jammer. Ik vind het toch jammer, per slot van rekening zitten wij hier voor de Zundertse belangen, dat deze woonwagenbewoners een veel betere behandeling krijgen dan een groot aantal Zunderte- naren. Het zal een groot aantal Zundertenaren niet mogelijk zijn om te gaan wonen, leven en mogelijk ook nog te werken in het buitengebied vlakbij de bebouwde kom. Ik zou dat ook graag willen, maar tot nu toe heb ik daar weinig kans voor gekregen. De voorzitter: Ik geloof dat ik een persoonlijke opmerking moet maken. Ik heb dit precies zo aan de Gedeputeerde Einmahl gezegd. Dat ik er wel moeilijkheden mee had dat er een bedrijventerrein

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1977 | | pagina 57