- 17 - Een schiereiland] De voorzitter: Als U lang genoeg doorgaat, dat wordt het dat misschien wel. Mijnheer Pellis zegt dat hij blij is dat het niet in Acht maal komt. Dat is een eerlijk antwoord en dat is eigenlijk wel de opinie van iedereen die het niet bij zijn deur krijgt. De heer Pellis: Ik heb niet gezegd dat het niet in Achtmaal mag komen] De voorzitter: Ik heb ook niet gezegd dat U dat gezegd hebt. De heer Pellis: Het was een beetje leedvermaak] De voorzitter: Goed, U was blij -ik heb dat netjes vertaald- dat het niet in Achtmaal komt. Dat is toch zo? De heer Pellis: Ik geef toe dat het moeilijk is. De voorzitter: Het is aan U, aan de heer Kunst en de heer Huijbregts, dat ik zeg dat je wel een inspraak: kunt gaan organiseren, maar ik ben bang dat de verwarring alleen maar groter wordt. Nu zijn de bezwaren van diegenen die dicübij de lokatie nummer één wonen het grootst. Wij krijgen nog de hele procedure van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, ik wil dat niet onder de tafel laten liggen en van onze kant duidelijk zeggen dat we straks de beroepsprocedure krijgen met alle mogelijkheden die daarin gelegen zijn. Ook in dat stadium kunnen bezvaren geëtaleerd worden. Ik vrees dat je het ergens zal moeten leggen, waar het een ander hindert en ik dacht dat je kwalitatief overal dezelfde bezwaren zult krij gen. Ik durf gerust te zeggen dat het niet mogelijk is een lo katie te vinden waartegen niet met goede bezwaren kan worden opgekomen. Mijnheer Huijbregts heeft het al gezegd, wij worden gedwongen. Het is het beleid van de hogere overheid, waaraan wij ons moeten aanpassen en dat zullen we dan hebben uit te voeren. U kunt wel zeggen: wij passen ervoor iets aan te wijzen, maar wilt U dan dat het vbbr TT gebeurt op een onge lukkiger manier dan deze en het kan heus veel beroerder, aan zienlijk erger]]] Door de heer Kunst is gesuggereerd het terrein achter de Kapellekestraat maar dan lig je vlak tegen de achter tuinen van de Willem Pastoorstraat aan. Diegenen die aan de Hof- dreef zitten die zeggen ik heb een terreintje beschikbaar als het maar niet bij mij komt en diegenen die aan de Willem Pastoor straat hebben misschien geen terrein om aan te bieden, maar dat zou ook kunnen gebeuren. Ze halen dan onder mekaar geld op en zeggen: wij hebben een stukje grond, ga dan daar maar zit ten en dan begnt daar de stampij weer. Mijnheer Kunst, er is geen eer asm te behalen. Ik wil wel één ding zeggen: ik begrijp en deel -dat doet het college ook- de zorg van de mensen die het centrum in de buurt krijgen, maar ik vraag me wel af of dat nu allemaal wel zo kwalijk zal zijn. Vergeet niet dat juist de grote geconcentreerde woonwagencentra de bezwaren oproepen en dat de centra in de kleinere plaatsen, mits ze goed zijn ingericht, behoorlijk functioneren en niet zo'n pestgezwel zijn, zoals ze nu worden afgeschilderd, Ik vind dat toch wel

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1977 | | pagina 56