-19-
De heer Kunst:
Mijnheer de voorzitter, het spijt me dat ik niet kan spreken
namens de Jongerengroepering,maar gelukkig mag ik zelf ook
nog wat zeggen af en toe. Mijnheer de voorzitter, er is;
door mijn collega's al het een en ander rondom de feiten ver
teld. Het is niet belangrijk of de wethouder een schoon
vader heeft} het is niet belangrijk of een architekt al dan
niet betaald is; het is niet belangrijk of er al dan niet veel
woningzoekenden in Zundert zijn,hier wordt slechts gevraagd
een streng zakelijke toepassing van bestemmingsplannen. B en
W trachten het ook strikt zakelijk toe te passen. Het be
langrijkste argument voor B en W tot de weigering van de
bouwvergunning is dat naar het oordeel de verbouwing gelet
op de nagenoeg gelijke verhouding tussen de oppervlakte van
het woning- en het kantoorgedeelte respektievelijk 140 m2 en
150 m2dat het in hoofdzaak geacht moet worden geen
woning te zijn. U schrijft dat in Uw stuk aan de raad. Burge
meester en wethouders schrijven aan de heer Vreijsen dat het
bouwplan tot doel heeft .van 140 m2 en dat is
dan het kantoorgedeelte, welke oppervlakte slechts 10 m2
minder is dan het vloeroppervlak van het woongedeelte. Nu
'foutief geredeneerd denk ik dat B en wT Het, is moeilijk, ik heb het in de
hebben. hoorcommissie ook gemerkt dat het moeilijk is af en toe om
een Nederlandse vertaling van een woord te krijgen maar res-
pektievelijk staat in ieder geval wel in alle woordenboeken
en wanneer U in Uw stuk schrijftjnagenoeg gelijke verhouding
in oppervlakte van en dan noemt U eerst woning en het kan-
toorgedeelte van respektievelijk I40 m2 en 150 m2, dan zit
U er wat dat betreft naast, want respektievelijk betekent
achtereenvolgens. Die zin gebruikt U als belangrijkste argu
ment, U suggereert daarmee dat het woninggedeelte kleiner is
dan het kantoorgedeelte, hetgeen niet het geval is Dit
schrijft U zelf ook in Uw weigeringsbesluit, gedateerd
17 september 1976 aan de heer Vreijsen. Het zal wel een
vergissing geweest zijn dat woord respektievelijk, daar ga
ik vanuit. Maar het is wel van het ilergrootste belang, mijn
heer de voorzitter. U schrijft ook in Uw zelfde stuk aan de
raad dat U het bovenste gedeelte -de zolderruimte- buiten
beschouwing wilt laten. Akkoord, laten we dat eens een keer
doen en het buiten beschouwing laten. Op de volgende alinea
schrijft U wel: wij zijn voorts van mening dat de vergelij
king tussen de oppervlaktal van het woongedeelte en het kan
toorgedeelte een objektief criterium vormt aan de hand waar
van te bepalen is of het gebouw als woning te kwalificeren is.
D.at schrijven B en W. Er komt nog iets achter maar dat is niet
van belang. U schrijft duidelijk zelf: het criterium om te
bepalen of een woning al dan niet als woning bestempeld moet
worden of als kantoorruimte haal ik uit de oppervlakte-maten.
Mijnheer de voorzitter zoals U weet is de vloeroppervlakte
-U schrijft het zelf ook- van het woongedeelte groter dan van
het kantoorgedèelte. Niemand zal mijn verbazing schetsen dit
allemaal lezende in hetzelfde stuk -ik zal het ook maar niet
trachten te doen- maar ik vond het wel opmerkelijk. Duidelijk
aangevende dat het belangrijkste argument om de vergunning
te weigeren is dat de woning in hoofdzaak, net gebouw in
hoofdzaak niet als woning kan worden bestempeld, terwijl op
dezelfde bladzijde geschreven wordt dat het criterium waar
B en W zich aanhouden, de oppervlaktematen zijn. Dat is on
begrijpelijk. Ik heb U zonder in discussie te willen treden
tijdens de hoorzitting willen vragen: mijnheer de voorzitter
wat is in hoofdzaakhet is gewoon een strikt zakelijke be-