Ik heb toen gemotiveerd dat dat op die manier dwarsbomen was van een partikulier initiatief. Ik heb de kollega raadsleden heel voorzichtig in de oren willen fluisteren dat daarmee de raad en de gemeente Zundert voor eenenorme strop geplaatst zou kunnen worden. Nu is het zo dat ik wel een voorbereidingsbesluit wil nemen, maar dan ook in de intentie zoals het spreekt uit uw nota, uw voorstel. U spreekt in uw voorstel over het feit dat u kontakt opgenomen hebt met de eigenaar, c.q. de bouwondernemer en dat u in samenwerking met de stedebouwkundige eventu eel zou kunnen komen tot een aantal van 24 tot 30 woningen. Wanneer er van die kant geen juridische en geen financiële problemen liggen dan vind ik dat uitstekend. Ik wil er wel bij opmerken - en dan wil ik wel een beetje bij hetgeen de heer Valk gezegd heeft aansluiten - dat, wan neer ik lees 24 tot 30 woningen, ik de indruk heb dat we dan een groter aantal woningen per hectare &aan hanteren dan bij woningwetbouw. Het is nog geen hectare groot en we proberen er toch dertig woningen op te zetten. Afgezien van het feit dat het economisch voor de koper,c.q,. verkoper voordelig is - dat is leuk voor hem meegenomen - dan geloof ik toch niet dat dat de meest gezochte entree is voor Zundert. Integendeel. Ik ben er van overtuigd dat wanneer dit geval helemaal niet aan de orde zou komen u een heel andere entree voor Zundert zou wensen, c.q. de zaak zou willen laten zoals het nu is. Maar we kennen het bestemmings plan dat er op ligt en we kennen de motivering waarom het kollege van burgemeester en wethouders het bestemmingsplan wil veranderen. Maar een dertig tal woningen lijkt me toch in principe veel te hoog. Ik weet niet in hoeverre konkrete afspraken gemaakt zijn met de betrokken mensen, maar wanneer u dat hier zwart op wit hier wil schrijven dan wekt u ten minste de indruk bij sommige mensen en daarvan ben ik er een van dat u in die richting denkt, c.q. dat er een dergelijk voorstel in een van de komende kommissievergaderingen ter tafel kan komen. Ik geloof dat het zinvol is om de stedebouwkundige van tevoren in te lichten over mijn idee. Namelijk dat het aantal aan de hoge kant is. En het pleit dat ik niet alleen daaraan gedacht heb. Ook de heer Valk schijnt er aan ge dacht te hebben. De heer Valk - en met hem heb ik bijna de meerder heid van de kommissie genoemd - spreekt er over dat de bestaande open entree zeer aantrekkelijk is. Ik kan me gewoon voorstellen afgezien van de economische gevolgen dat een groot aantal van de raadsleden de open entree aantrekkelijk vindt. Men kan daarop de notulen van de vorige raadsvergadering nalezen: het merendeel van de raad zou ue bestaande situatie het liefst gehandhaafd willen zien. Voor mij ligt die entree ook uitstekend. Daarom geloof ik dat wanneer het economisch haalbaar is men het aantal woningen drastisch mag beperken. Wanneer u praat van 24 tot ^>0 woningen, dan geloof ik niet dat we zouden kunnen spreken van, zoals de heer Valk zo even zei, een open entree voor Zundert. Ik wou de stedebouwkundige dus vragen om, wanneer hij een plan maakt, rekening te houden met de meest fraaie entree van Zundert en dus daar geen 24 woningen weg te zetten. Ik dank u. De voorzitter: Ik zou u en dat zou ik de hele raad willen vrageni We hebben de stede bouwkundige telefohisch in verband met het gevraagde in de vorige ver gadering gevraagd een en ander nader te willen bestuderen. Hij heeft wat gegevens verstrekt en ook een paar prenten ingestuurd, welke ik nog niet heb kunnen bestuderen. Die zijn gisteren met de post meegekomen. Die heb ik nog niet gezien. Globaal heb ik ze wel bekekenf doch niet bestu deerd. Afgezien van het nemen van een voorbereidingsbesluit, dat kon- kreet zal zijn en daarmee zijn we dan bezig, nemen we mee de mening van raad dat er een groter aantal woningen moet komen dan acht. Dat kan ook volgens de stedebouwkundige. Er is gezegd: 24 tot 30 woningen, maar waar op de stedebouwkiindige uiteindelijk uit zal komen is nog niet te zeggen. Het is niet ondenkbaar dat - ik heb hem daarover later nog gesproken - dat aantal naar zijn mening iets lager zal moeten liggen. Nu moet men de stedebouwkundige ook niet gaan houden aan hetgeen men hem telefonisch

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1977 | | pagina 174