persoonlijk al een aantal jaren ken in Zundert als een bedrijf
dat niet zulke grote werken onder handen heeft. Maar naar voren is ge
komen dat het buiten de gemeente nog al het een en ander doet.
De heer Jacobs:
Heeft ze dit werk al eens meer gedaan?
De voorzitter:
Nee, maar van de andere kant».als je het ontwerp van een sporthal over
laat aan iemand die het nog nooit gedaan heeft, waarom zou je dan het
maken van eenvoudig kleedcomplex niet overlaten aanDus wij dachten
daarin wel vrijheid te hebben.
De heer Jacobs:
Mijnheer de voorzitter, het kwam onze groepering zo maar raar over,omdat
dus de heer Laseroms bij Brabantia werkzaam is Hij is er misschien een
maand of drie werkzaam en ineens komt Brabantia als de laagste inschrij
ver uit de bus. Bij onze achterban kwam dat dus heel raar over en daar
om wilde ik het in het openbaar wel even vragen.
De voorzitter:
En dan hebt u naar de bekende weg gevraagd, bekend omdat uw eigen poli
tieke vrind wethouder is en deze hele zaak heeft meegemaakt. Meer inten
sief dan ik, want hij heeft de aanbesteding geregeld.
De heer Marijnissen:
Maar de eerlijkheid gebiedt u wel te zeggen mijnheer de voorzitter dat
ik het met de uitnodigingen in eerste instantie in feite niet eens was.
Dat weet u wel.
De voorzitter:
Maar, daar zijn toch bij de hele behandeling geen zaken naar voren
gekomen, waaruit zou kunnen blijken dat dit bedrijf niet mee zou kunnen
doen.
De heer Marijnissen:
Maar op het moment dat wij beoordeelden of se wel of niet de uitnodiging
moesten hebben, waren er voor mij op dat moment voldoende motieven
aanwezig om te kunnen zeggen: nou goed ik vind.....
De voorzitter:
Maar uiteindelijk hebben we het gedaan. TJ hebt geaarzeld, maar er was
toch geen voldoende grond om te zeggen: we doen het niet. Daar hebben
we toch over gesproken. Daar zijn toch inlichtingen voor gevraagd.
De heer Marijnissen:
Er zijn inlichtingen over zaken en die waren dus goed. Mijns inziens
zijn ze wel een beetje aan de late kant.
De voorzitter:
Maar, toen we met ons beiden daarover hebben gepraat..
De heer Marijnissen:
Het is dus zo. Toen eenmaal het besluit gevallen was...nou ja, op een
gegeven moment heb ik gezegd dat ik het er niet eens mee was dat er naar
dat bedrijf een uitnodiging zou gaan. Mijn stem was eigenlijk op dat
moment niet van invloed, want als het één tegen één is, beslist de
voorzitter, dacht ik.
De voorzitter:
Nee, nee....oh, als de stemmen staken. Bedoelt u het zo. De stemmen heb
ben niet gestaakt. Er is niet gestemd. We hebben de zaak na enig heen en