- 52 - De heer Valk Ja, maar ze moeten uitgevoerd kunnen worden, anders schieten we er niets mee op. De voorzitter Ja, nogmaals, als je plannen aanpakt, dan heb je altijd wel een paar mensen, die bijzondere eisen gaan stellen. Dat is nog wel eens moei zaam. De heer Huijbregts Over het punt commissie—vergaderingen in de avond-uren zou ik toch nog iets willen zeggen. Onze fractie neemt het standpunt in, dat als men 's middags gaat vergaderen de openbaarheid geen enkele be tekenis heeft. Wij kunnen hier lang en breed over praten. Onze standpunten liggen ver uit elkaar en we zullen op dit punt wel niet tot elkaar komen. Ik wil in deze een uitspraak van de raad. De voorzitter 0, dat is heel goed mogelijk, maar ik heb het blijkbaar niet zover gekregen. Ik heb zelf daarom nog aangegeven, dat ik voor de commis- sie-vergadering, die ik zelf bij elkaar moest roepen, namelijk Groei en ontwikkeling, voor de komende keer de avonduren gekozen heb. Maar één ding is dus of het een redelijke verwachting is, dat je dat zult doen en een ander ding is of je de commissie daar als kleine jongens aan moet binden. Maar U kunt daar straks een stemming over krijgen. De heer Huijbregts Dan het punt: Spreekuur burgemeester. Ik heb dat niet van U geëist of verlangd. Ik dacht dat het een goed voorstel was. Ik heb U dit allen in overweging gegeven. Ik ben tot dit standpunt gekomen door een gesprek, dat ik had met burgemeester Van de Ven uit Nieuw-Ginne- ken, die mij meedeelde, dat hier een zeer dankbaar gebruik van werd gemaakt door de bevolking. De voorzitter Ik heb IJ aangegeven en ik hoop, dat ik dat dan toch voor mezelf mag inrichten, dat ik een bepaalde manier van doen heb, waarbij de mensen volledig aan hun trekken komen. Ik zou er toch wel graag op mijn eigen manier mee door willen gaan. Wie mij belt, krijgt een afspraak^ En die wordt gemaakt op een tijd, die beiden schikt. Ik dacht, dat je het nauwelijk beter kon doen, want het is maatwerk. En daarbij krijgen ze een ruimere tijd dan je ze op een spreekuur kunt geven. Ik zie niet in, dat dat geen goeie regeling is, maar misschien is het onvoldoende bekend, dat ze me kunnen bellen; dat kan ik niet -\i helpen. Misschien is het goed, dat het bij deze gelegenheid nog eens gezegd wordt, dat wie mij belt, mij kan bereiken en een afspraak maken. Als iemand ^nij.et overdag kan, dan maak ik die afspraak voor 's avonds. Maar ik heb de aard van de dingen die op mij afkomen betrekkelijk weinig mensen, die overdag niet kunnen. Dat zit gewoon in de aard van de dingen, die bij mij zitten. Het belangrijkste punt, wat avond werk betreft, zijn de woningzoekenden. Dat is niet alleep4iier, maar ook op andere plaatsen de algemene ervaring. Dat zijn vaak de mensen die 's avonds komen. Wanneer men overdag niet kan, dan moet men dat zeggen, Ik vind die manier van werken veel prettiger dan een andere en ik dacht ook, voor degenen die mij willen spreken, de meest per soonlijke. Ze hoeven ook niet te gaan zitten wachten. Ze kunnen me bellen, ze krijgen een tijd en op tijd worden ze ontvangen. Dan krijgt U straks een uitspraak van de raad over het vorige punt.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 52