- 44 - Het is een vrij vage opsomming geweest. Dat hebben we bewust gedaan. We hebben dat open gelaten. Dat is een invuloefening geweest voor vanavond, die urgentie-lijst. We wisten natuurlijk wel, wat we te verwachten hadden, maar in principe is dit het moment, nu vanavond bij de begroting waarop je hoort wat de raad wil voor de komende jaren, voor de verdere toekomst. Dat is enerzijds voortbouwen op en dat is misschien anderzijds het wegzetten van een oude urgentie. U vindt dus bepaalde dingen, waar men op verder kan gaan. Er hoeft dus niet gevraagd te worden of U de bestaande urgenties steunt. Die zijn er tot U ze als raad in zijn geheel verandert. In zoverre is dit dus een zaak, die in continuïteit voortgebouwd wordt. Ik heb hier bij Uw opmerkingen zelf een kanttekening gezet, en dat moet U niet verkeerd begrijpen, maar ik heb gezet; zeg het maar. Laat de raad spreken hierover. Dit is de gelegenheid, hier komen de verlangens naar voren. Hier krijgt het kollege, zoals dat wel heet, zijn huis werk mee. We hebben al gezegd, dat er wat meer uit komt dan 75.000,Er komt 150.000,uit en dat zal zeker, dacht ik, in eerste aanleg gaan in de richting van het uitwerken van plannen voor de weg-aanleg. Ik geloof, dat ik die boodschap voldoende duide lijk overgekregen heb vanavond. Het invoeren van een woonforensen- 4^ toeristenbelasting. Daar zijn we tot nu toe niet toe over gegaan, om U dat voor te stel len, want ja, we hadden die belasting zo niet nodig.We zullen er inderdaad wel eens een keer over denken, want als je ziet wat een ander daar uit kan halen, dan is het toch wel een punt, dat we zelf eens onder ogen moeten zien. Van die opmerking wordt nota genomen. De heer Marijnissen We zouden wel graag zien, dat er op korte termijn iets aan gedaan wordt. De voorzitter We zullen eens kijken, hoe we dat het beste kunnen doen. Verwacht nou niet, dat we zullen zeggen: Het komt op korte termijn. We zul len de zaak in studie nemen en U krijgt er antwoord op. De marktgelden bespreken we de volgende week. Ik neem aan, dat dat U goed is. Wat de ranigingsrechten betreft; de oude regeling van een vast bedrag per gezin, asjeblieft niet, want dan krijgen we weer de situatie, A waarin we zaten, namelijk, dat op basis van een aantal emmers betaald wordt. En die emmerlediging was niet vol te houden voor het personeel van de vuilnisdienst. Die emmers waren te zwaar. De heer Marijnissen Ik heb toch niet gezegd, dat die plastic-zakken afgeschaft moeten worden. De voorzitter Nee, maar, hoe wil je die zaak dan regelen. Die mogelijkheden zijn er niet, omdat je de belastinginning niet volledig sluitend kunt maken. Je kunt zeggen, dat je je aansluit op de vuilnisdienst en dan mag je vuil meegeven, maar als iemand dan zegt:ik vind dat niet nodig, ik breng mijn vuil zelf wel weg, dan kan niemand zeggen in feite: Dat doe jij niet. De heer Marijnissen Je kunt wel iemand een bepaald bedrag laten betalen, je kan hem een bepaald aantal vuilniszakken laten nemen

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 44