De voorzitter: Dat is het misschien op het oog wel, meneer Valk, maar er zijn natuurlijk wel een aantal zaken, die om een regionale aanpak vragen. Ik noem u in dit verband de regionale brandweer. Ik noem u een regionale ambulancedienst en andere zaken. Via het Stads gewest worden weer andere zaken aangekaart. Daar zitten we mis schien niet zo verschrikkelijk hard op te wachten. Ik begrijp dat de raad van Rijsbergen geweigerd heeft om in te gaan op het voor stel van het Stadsgewest om een uitzendbureau te beginnen. Ik moet zeggen dat dit ook wel een hobbyistisch streven is. Ik kan me dat van de raad van Rijsbergen echt wel voorstellen dat ze zo gehan deld hebben. Maar er zijn natuurlijk wel dingen die door moeten gaan. En u moet niet denken dat die provinciale reorganisatie - dat is een operatie van de eerste orde - met enkele jaren vol trokken zal zijn. Als u zich even voorstelt - de minister heeft nu een voorontwerp de kamer ingeschoten dat die nog niet in het staatsblad staat. Daar zal natuurlijk wel het nodige voor moeten gebeuren. Als die wet het staatsblad haalt, dam zal er nog wel wat te doen zijn voordat die organisatie draait. Dat doe je niet zo maar in een achternamiddag. In die tussentijd kan je niet zeggen dat we alles plat leggen en gaan zitten wachten todat die provincie gereorganiseerd is. Je kunt een aantal dingen uitbouwen en naar mate de politieke keuze in een bepaalde richting duidelijk wordt, kun je daar als het ware een voorkeuze op gaan maken. Ik geloof dat het heel onverstandig zou zijn om de hele zaak te be vriezen. Maar ik ben het wel met u eens - en die mening deelt het college ongetwijfeld - dat een uitbreiding in die zin dat we wer kelijk al op grote schaal bevoegdheden gaan overdragen aan het Stadsgewest op dit ogenblik niet juist zou zijn. Dat zouden we beslist niet moeten doen. Een uitbouw in practische zin, daar kan over gepraat worden. Maar een echte principiële opbouw is nu niet op zijn plaats. Dat is achterhaald door die politieke keuze. De minister heeft heel duidelijk een stok in de grond ge stoken. Er wordt heel wat voor en tegen die mini-provincies gezegd. Dat is ook in de raad van het Stadsgewest gezegd vorige week. Als het rijk nu werkelijk zo vreselijk graag macht wil spreiden en dat beleidt ze op elk daartoe geschikte gelegenheid, waarom doen ze dan de hele gedeconcentreerde rijksdienst niet over aan de mini-provincies, aan de provincies—nieuwe—stijl. Waarom niet de inspecteur volksgezondheid, de inspecteur ruimte lijke ordening, de inspecteur van het onderwijs, de inspecteur van het brandweerwezen, de inspectie volkshuisvesting, alle H.I.D.'s, landinrichting, enfin, pak de staatsalmanak maar. Je kunt een provinciehuis vol met kerels krijgen met een taak, die zich op provinciaal niveau bezighoudt. Maar het wordt allemaal gedirigeerd vanuit Den Haag. En dan praten we over verspreiding van macht. Dan halen we alle beslissingsbevoegdheid weg bij de plaatselijke raden, bij de plaatselijke bevolking. Daar heb je dan niets meer over te zeggen. Dat wordt dan straks allemaal vanuit Den Haag of vanuit Breda bedisseld. Ik begrijp het niet hoor. De heer Valk: Ik ook niet. De voorzitter: Maar het is geloof ik wel duidelijk dat we het hier met elkaar over dat punt eens zijn. Wij zouden dit ter kennis kunnen brengen, voor zover dat enige indruk maakt - misschiem zou het wel juist zijn als we het deden - aan de Minister. Dat vind ik het meest juiste. De heer Valk: Ik geloof dat het daar naar toe moet.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 354