van de mensen, als je zegt: ze moeten belangstelling daarvoor heb ben. Je moet komen kijken. Als men verkiest om niet te komen kij ken, dan moet u de burger het recht geven en de vrijheid om dan weg te blijven. Het is een zekere mate van verwatenheid om te zeg gen: je moet belangstelling hebben. Je mag het. Dat is je goede recht. Daar zullen wij voor staan. Je mag belangstelling hebben. Wij bieden die gelegenheid. We zullen die blijven bieden, ook al zit er hier geen mens. Maar je moet niet zeggen: jullie zijn fout, want je hebt geen belangstelling of daar moet iets aan gedaan wor den. Jullie moeten belangstelling hebben. Net zo lang hameren dat ze die belangstelling hebben. Laat de mensen zelf kiezen. Ze weten heel goed waar het om gaat. Er is een ruime mate van gelegenheid om kennis te nemen van wat er is. Er zijn dus twee behoorlijke periodieken, een dagllad en een weekblad, die deze zaak hier plaatselijk bewerken. De heer Laseroms: En de letterlijke notulen. De voorzitter: En de letterlijke notulen. Je kunt met pijnlijke duidelijkheid alle taalfouten lezen, die we maken. Die komen tegenwoordig let terlijk over. Het is echt als het leven zelf.Mijnheer Huijbregts, u stelt een aantal vragen. TJ sprak en vraagt om openheid. Ik heb zo even daarover de heer Valk al beantwoord. Ik neem aan dat een groot gedeelte van uw vragen als rhetorisch bedoeld is. U moet daarop geen rechtstreeks antwoord van mij verwachten. Ik neem aan dat ze meer uw betoog steunen dat inhoudt: wij steunen ook deze tweede aanvraag van Krieties Appel, hoewel wij niets van hen nodig hebben. Dat is, dacht ik, de teneur van uw betoog. Ik geloof dat dat een standpuntbepaling is, die we zullen moeten respecteren. Ik zou niet willen ingaan op hetgeen in het blaadje van Krieties Appel staat. Ik geloof niet dat het op zijn plaats is om dat hier te gaan bediscussiëren. Ik zou wel willen opmerken dat het - en dat is misschien een verschil van mening met de heer Kunst - voor mij niet zo zeer een informatie geven is als wel het politiseren. Ik voel de publicaties vein Krieties Appel heel sterk als politi seren, als plaatselijk politiek bedrijven. Mijnheer Kunst consta teert dat men een aantal informaties geeft over diverse onderwer pen, die op een zeker opgenblik in de publieke belangstelling staan of waarvoor publieke belangstellijg gevraagd wordt. En men neemt artikelen over en men geeft informatie, zoals die links en rechts eigenlijk door iedereen uit periodieken en radio en televisie kunnen worden gehaald. Maar de kern van de activiteit van Krieties Appel is plaatselijk politiek bedrijven en dat mogen ze. We vinden dat zelfs heel fijn als ze dat doen. Want als ik tegen de heer Valk zeg: je moet ze niet dwingen. Als ze het wel doen, dan is het natuurlijk wel fijn. Als Krieties Appel politiek wil bedrijven dan is daar niets op tegen. We hopen ze straks dan ook aan de stembus te mogen begroeten. Dat vind ik plaatselijke politiek bedrijven. Maar dat moet je niet subsidiëren, dat moet je principieel niet subsidiëren. Je kunt nog twijfelen over de vraag of je de pers moet subsidiëren. Het gebeurt en ik ben er ook geen voorstander van. Ik geloof inderdaad dat als men geeh dubbel tje over heeft of een kwartje over heeft voor de krant, die men koopt...een krant, die geen lezers krijgt, die verdient dan ook dat ie ten gronde gaat. Ik weet dat er andere factoren zijn dan alleen maar de keuze van de lezers. Ik weet dat er op inspeelt het advertentiebestand, maar dat is een te gecompliceerd verhaal om daarop hier in te gaan. Maar mij spreekt wel aan het betoog als gezegd wordt: als men het niet kopen wil, dan heeft men er blijkbaar geen belangstelling voor. De ehe mening is zo goed als de andere. Maar om plaatselijke politiek te gaan subsidiëren, dat vind het kollege onjuist en dat is, dacht ik, in eerste aanleg het

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 345