-3- de mensen laten wonen? Wat is er nu aanwezig? Wat kan je er wel van aantasten? Wat wil je er van bewaren? Dat geldt dus voor het land schap, maar dat geldt evenzo voor alle andere dingen. Dat is een heel complex probleem aan het worden, waarin aan de ene kant de mensen staan, de mensen van nu, maar omdat wij dat beleid ook voor de toe komst uitstippelen..De ruimte, die we nu gebruiken, is later ook weg of verkeerd gebruikt. We moeten dus eerst denken en dan doen en dat door de jaren heen met meer systeem en met meer kennis van zaken, naar we dachten. Dat zijn wij dus ook in Zundert aan het doen. Dat doen we overigens met u samen. Het is niet de bedoeking dat een stedebouwkun- dige met macht bekleed wordt. De macht behoort te liggen bij de ge meenteraad, die ons alleen de opdracht geeft om dat beleid uit te stippelen en om te beginnen de grenzen van de mogelijkheden te be palen en daarbinnen dan de mogelijkheden te zoeken, waarbij een goed model past. En dat beleid wordt dan op een bepaalde manier vastgelegd. Eigenlijk wordt dat volgens de wet voor een jaar of tien echt defini tief vastgelegd. Dat wil niet zeggen dat het helemaal definitief wordt vastgelegd. Je probeert dan toch.. De stedebouw is en ik dacht dat dat wel duidelijk is - iedereen die er mee te maken heeft zal dat wel weten - het vastleggen, het maken van een stedebouwkundig plan van het leven, dat doorgaat. En het is daarmee ergens strijdig met dig werkelijkheid. Een stedebouwkundig plan zou eigenlijk volkomen flexibel moeten zijn, niet voortdurend een andere doelstelling moeten hebben, niet voortdurend moeten springen van de hak op de tak en van beleid moeten wisselen, maar wel in détail vrij flexibel moeten zijn. De nieuwe wet op de ruimtelijke ordening heeft dat in de memorie van toe lichting wel bedoeld, maar de manier waarop die op dit moment in Neder land gehanteerd wordt laat wat dat betreft wel wat te wensen over en maakt dat het beleid minder flexibel wordt dan bedoeld is. We proberen niettemin daaraan iets te doen door de voorschriften en het plan zo te stellen dat de flexabiliteit er in zit. U realiseert zich daarmee te gelijk al dat we het niet alleen te zeggen hebben binnen Zundert. Het ruimtelijk beleid, dat begint op een zeer hoog niveau bij de rijksoverheid, die een duidelijk beleid uitstippelt en dat niet alleen van stedebouwkundige aard is, maar ook als het dat niet vaak is toch doorwerkt in stedebouwkundige zaken. Als u wel of niet subsidies voor verkeerselementen krijgt in de gemeente - dat is dus geen zaak van het ministerie van ruimtelijke ordening - dan kan dat toch doorwerken in de stedebouwkundige oplossing, die u kiest. In Frankrijk is onlangs duidelijk gebleken dat een bepaalde subsidieëring van het kindertal leidde tot een vergroting van van de bevolking van sommige dorpen, nadat ze eerst leegliepen. Je kan dus de bevolkingsomvang beinvloeden door een rijksbeleid op financieel of sociaal gebied. Enfin, dat kunt u zelf hier ook nagaan. De rijksover heid beinvloedt op allerlei punten het lokaal beleid, ook via middelen die daarvoor niet bedoeld zijn en waarvan de rijksoverheid achteraf misschien schrikt. Dat is ook met de auto, naar ik vermoed, ge beurd. Veel meer direkte invloed heeft de provincie op het beleid, dat u kan kiezen. Want als we het er in de gemeente helemaal over eens zijn dat een model goed is, dan staat nog helemaal niet vast dat de provin cie het daarmee volledig eens is. In dat verband is een goed voorbereid stuk van belang, want als wij goed kunnen aantonen dat wij het goed voorbereid hebben en dat wij het duidelijk en met reden gekozen hebben, dan is de kans dat de provincie het goedkeurt groter, zeker wanneer wij daarbij in aanmerking hebben genomen die elementen van beleid, die we van tevoren wisten dat de provincie ze als hard aanvaardt Het is natuurlijk heel gewoon dat het hele vak van de stedebouw in allerlei verschillende schalen van grootte zich afspeelt. In Zundert heb je in het buitengebied een bepaalde schaal. Dat is een schaal waarin je b.v. iets voor de komende tien jaren vastlegt. Datzelfde geldt ook voor de

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 307