toegenomen. Veel mensen menen dat het aan hun status verplicht is
om een hond te hebben. En dan wil ik daarbij de goede hondenlief
hebbers niets te kort doen dat wil ik even heel duidelijk stellen
maar het gaat over het hebben van een hondje, omdat het zo nodig is.
En dat hondje wordt dan langs 's herenwegen gestuurd, om daar zijn
kostje bij elkaar te krabbelen, voorzover het da.t niet thuis krijgt.
Vooral om het resultaat van zijn kostje te laten en dat is nou net
datgene, wat toch wel langzamerhand een gesel begint te worden. Die
honden vervuilen niet alleen zo maar de straat, waar men met de honden
langs loopt, maar ook de speelplaatsen voor de kinderen. Ik heb daar
over kortgeleden een documentaire gezien. Een hond die niet behourlijk
ontwormd wordt om de drie maanden, die verspreidt een parasiet, die
zelfs blindheid bij kleine kinderen kan veroorzaken. Dat staat vast.
Als je eens een ogenblik nuchter kijkt naar een speelterrein, waar
gras groeit, waar kinderen spelen, tien tegen een dat een hond iets
aan het deponeren is. En ik moet u zeggen dat én onze plantsoenen
én onze straten in stijgende mate vervuild worden met hondenvuil.
Een aanlijngebod is natuurlijk daar een schone zaak voor; het is daar
naast ook wel goed om het houden van honden op losse overwegingen
wat terug te brengen. Iemand, die een hond heeft, moet die maar heb
ben, omdat hij hem zo graag heeft en dan weet ik wel dat we dat
met een financiële barrière doen. Ik neem aan dat u bijvoorbeeld als
het gaat om het gebruik van de auto met financiële middelen
wat aan banden te leggen, daartegen geen politieke bezwaren zou heb
ben. En het is in dezelfde geest dat het kollege gezegd heeft: goed,
we moeten proberen die zaak iets in het gareel te krijgen - een
hond mag je niet in het gareel brengen, dat is misschien een verkeer
de beeldspraak - die zaak iets in het reine te brengen, voorzover
je die zaak uiteraard in het reine kunt brengen. Uiteindelijk rein
krijg je ze nu eenmaal nooit, maar om er toch iets tegen te doen.
Kortgezegd hebben we daarom dit voorstel gebracht. Ik geef toe - en ik
ben het helemaal met u eens - dat we een aantal jaren gepraat hebben
over afschaffing van die zaak, omdat de kosten van het binnenkrijgen
van die belasting erg hoog zijn, maar wij menen toch dat hier een
goed milieu-hygiënisch belang wordt gediend door de voorgestelde
verhoging. De heer Pellis sluit zich met de heer Arnouts op dit punt
helemaal aan bij hetgeen de heer Valk stelt. Ik dacht dan ook daarmee
tegelijk aan die beide heren voorlopig een eerste antwoord te hebben
gegeven. Mag ik u vragen of u in tweede termijn iets over die zaak
wilt zeggen?
De heer Zwaard:
Ik heb wel een bepaalde suggestie, maar dan ga ik weer een beetje
buiten de orde; het gaat over het verhogen van de belasting.
Ik heb laatst gelezen - en dat stond in een plaatselijk blad van de
gemeente Nieuw-Ginneken en dat ging specifiek over de overlast van
honden -, ik wil dat wel voorlezen, maar dan ga ik een beetje buiten
de orde. Voor de verhoging van de belasting zijn wij gewoon voor.
De voorzitter:
Ik heb u de redenen genoemd en die zijn, vooral de overlast, die
er mee gemoeid isu bent niet buiten de orde, wanneer u daarover
doorgaat, maar het is misschien
verstandig om niet over die belasting te blijven praten. Als u door-
wilt gaan, dan wil ik u niet de gelegenheid onthouden.
De heer Zwaard:
Dat begrijp ik zelf wel, maar ik zie in deze daar ook niet het nut
van in. Ik wacht wel de nieuwe politieverordening af.
De voorzitter:
Uitstekend.