danig zouden kunnen uitdrukken in een motie dat in elk geval - waar
het naar toe groeit of het nu gewesten heet of mini-provincies -
geen vierde bestuurslaag gewenst wordt. Ik geloof dat dat de uit
spraak zou kunnen zijn, waarmee ze iets zouden kunnen doen.
De voorzitter:
Ja, dat kan mijnheer Valk. Maar ik geloof dat het toch verstandig is
even af te wachten totdat de meningen van de Vereniging van Neder
landse Gemeenten wat duidelijker op tafel liggen en naar aanleiding
daarvan onzezijds een nota uitbrengen. Ik krijg wel de indruk - en
dat valt me eigenlijk wat tegen— dat de gemeenten, die deze zaken in
hoge mate aangaan, eigenlijk helemaal in de systematiek van het
horen van betrokken organen niet in thepicture komen. De minister
heeft in de tot nu toe gevolgde procedure geen ruimte gelaten voor
een advies door de gemeentmals zodahig. Hij hoort de provincies,
maar hij hoort niet de gemeenten, terwijl toch de instelling van de
provincies, zoals genoemd, gepaard gaat met nog al een aftakeling van
de gemeentelijke bevoegdheden. Dat is in wezen ook het protest van de
gemeenten dacht ik. Daar komt indedaad nog al wat op aan. Maar ik
geloof toch dat het verstandiger is om daarmee even te wachten en
daarover nu niet onverhoeds een motie aan te nemen. Burgemeester en
wethouders zullen ongetwijfeld, wanneer een zinnige gelegenheid in de
komende weken of maanden daarover aanwezig blijkt te zijn hun stand
punt voorleggen, waarop u een duidelijke uitspraak kunt geven. Ik
zou het nu nog niet doen.
De heer Valk:
Als dat daardoor niet te laat komt
De voorzitter:
Het is te bekijken .Het is altijd te vroeg, het is altijd te laat.
Niemand heeft ons iets gevraagd. We kunnen dit altijd aan hen ter
kennis brengen. Aan wie, dat moeten we nog verzinnen. Misschien
aan de Tweede Kamer. Misschien is dat het meest zinvolle.
De heer Valk:
Is het dan niet goed dat we daar ter kennis brengen dat we graag als
gemeente de tijd hebben om daarover een oordeel te vellen.
De voorzitter:
Ja, als u nu meent dat dat indruk gaat maken, dan zouden we dat kun
nen doen. Maar het lijkt me verstandiger om eens even te bekijken
welk standpunt nu uiteindelijk voor ons voor omschrijving in aanmerking
komt, voor onze gemeente. Dat we ons daarbij dan aanhechten. Het is
ook mogelijk dat in het kader van het stadsgewest een zinnige
opinie komt.
De heer Valk:
Ik vind dat goed, als we maar de gelegenheid krijgen
De voorzitter:
Die krijgt u ongetwijfeld, maar doe het nu niet. Ik moet ook zeggen
dat wat ik gehoord heb van die bespreking in Den Bosch, die ik om
verschillende dringende redenen niet kon bijwonen - u bekend - heeft
naar mijn smaak ook niet opgeleverd wat u verwachtte, toen u met zo-
velen daarnaar toe ging. Laat even dat bezinken. Een standpunt is
gauw genoeg geformuleerd, want we weten inderdaad allemaal waar het
over gaat. Ik geloof dat niemand in deze kring het met u oneens is.
Ja, een nieuwe bestuurslaag moet er komen en dat moet dan maar van
de gemeenten afgehaald worden. Dat is natuurlijk niet de methode.
Maar dat het ons in zoverre eigenlijk ook niet zo verschrikkelijk
veel kan schelen waar het naar toe gaat en wat men er mee doet, als