De heer Zwaard: Mijnheer de voorzitter, mag ik daarop even inhaken? Zoals u het formuleerd ben ik het in grote trekken met u eens. Dat is gewoon een gegeven, een feit. We kuhnen ook niet terug en het is dus wel ergens goed in het voorstel, maar het gaat er bij mij hierom dat in de toekomst Rucphen niet buiten gesloten wordt eventueel. Ik bedoel dat bij branden van iets grotere omvang Zundert persé is aangewezen op gemeenten, die zitting hebben in de gewestraad met hun plaatselijke brandweren, en er dus geen beroep meer moge lijk is op Rucphen, en eventueel op Wuustwezel. En dat vind ik toch wel een kwalijke zaak. Ik geloof niet dat de gewestraad zo straf zal zijn in haar beleid wat dat betreft en dat gezegd zal worden dat jullie geen gebruik meer mogen maken van de eventuele vriendendienst van de brandweer van Rucphen. Maar ik bedoel dat dat gevaar er toch wel in schuilt en ik dacht dat wij dit wel aan het dagelijks bestuur van de gewestraad of in wezen de gewestraad moeten meedelen en dat eventueel een clausule in de regeling wordt opgenomen dat wij eventueel in bepaalde noodsituaties alsnog een beroep kunnen doen op de brandweer in Rucphen en in Wuustwezel. De voorzitter: Ik wil dat nog eens graag naar voren brengen, maar u moet wel be grijpen dat die regionale brandweer mee inhoudt een centrale meld kamer ,waar alle meldingen dus binnenkomen en waar men dus ook weet waar het ingezet materieel is, en dat ook de assistentie kan gaan regelen. Dat is nu een keer de keuze van de samenwerking in stadsgewestelijk verband. Dat betekent wel eens een keer dat je de tot nu toe gevolgde samenwerking zal moeten vergeten. Ik wil over het punt Rucphen nog wel eens een keer praten en met alle genoegen na-ar voren brengen. Ik vind het een zinnige opmerking. De heer Zwaard: Ik heb in deze ook een gesprek gehad met de heer van Weert en die vindt het ook wel een zinnige zaak. De voorzitter: Maar ik geloof dat dat een beetje zou moeten afhangen van de toe komstige groei in het stadsgewestelijke verband, waardoor een engele relatie wel eens zal beSindigen. Dat is een keer onver mijdelijk bij dit soort grèei. Als je naar een Stadsgewest toe wilt, n'importe hoe je het kiest, daar zal altijd wel eens een keer iets getroffen worden, wat buiten de regeling valt. Wat Wuustwezel betreft, ik dacht dat dat zich aan elke formele regeling onttrekt. Dat is iets wat we in voorkomend geval doodgewoon doen. Daar moet je zeker niet formeel optreden, want dan wordt iedereen stapel gek inclusief het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Dat moet je niet doen. De heer Zwaard: Dat begrijp ik ook wel. De voorzitter: Die verhoudingen worden niet beinvloed. teren we niet. Ik vind uw opmerking van het korps hier graag met Rucphen werkt, aan geven. De heer Zwaard: Maar weet u wat ik belangrijk vind? Dat is dat alle raadsleden daar mee akkoord gaan, want wanneer wij dus daar gaan praten dan zou je de indruk kunnen wekken dat je zo iets uit je persoonlijke visie naar voren brehgt. Ik verwacht echt dat de raad daar achter staat» Niet het minst. Dat accep- belaitg, omdat ik weet dat Ik zal er zeker aandacht

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 247