onbewoonbaar, want het is een slecht pand. Als u het daarmee niet eens bent dan mag u het voorstel verwerpen. Dan is de verantwoorde lijkheid voor het in de woningvoorraad houden van dat slechte pand voor rekening van de raad en niet meer voor het kollege, want dat kollege heeft gedaan wat het moet doen in dat opzicht. Aanhouden en met de eigenaar praten, daarin zien we niets. Nogmaals, de eigenaar staat het vrij om de woning te gaan verbeteren, wanneer die vrij is. Dan mag ie er aan slopen, doen en rommelen wat hij maar wil, als hij maar binnen de grenzen van het pand bezig blijft. Dan kan hij dat voor eigen gebruik of voor ander gebruik opknappen. Dan kan hij een vrije prijs vragen, voor verhuring verplicht. Zoals de zaken nu zijn, komt dat niet in aanmerking, tenzij hij het beneden de markt wil gaan verhuren, dat wml zeggen: dat hij er minder voor krijgt, dan hij er kosten aan gemaakt heeft en dat zal geen eige naar, die bij zinnen is, een, twee, drien|^ian doen. Dat is ongeveer het antwoord. Het is een maatregel van bewonersbescherming en daar komt het belang van mensen, die moeten wonen, te staan voor het belang van de eigenaar en zeker voor het belang van de aangrenzende eigenaren. Heeft de heer Pellis daarover nog iets op te merken, want hij heeft het eerst gesproken? De heer Pellis: Ik ben het in zoverre met u eens, als u wilt wachten zolang woningenprobleem niet opgelost is. De voorzitter: Dat is tot het hoogfeest van de heilige juttemus. De heer Pellis: Dat kan misschien meevallen, maar ik vind het onverantwoord om, zolang er nog zoveel woningnood is, woningen onbewoonbaar te ver klaren die nog bewoond kunnen worden. De heer Jawobs: Is de eigenaar al benaderd geweest, voordat de woning onbewoonbaar verklaard is? Ik dacht van wel. De voorzitter: Ik neem aan dat dat wel het geval geweest is. Dat hoort tot de routihe dat het zal gebeuren. Nogmaals uit het technisch rapport blijkt dat het economisch niet verantwoord is om die woning op te knappen. En daarom heeft een gesprek daarover geen enkel nut meer. Die kosten worden naar verhouding te hoog. Dat haalt de eigenaar er niet uit. Je kunt hem niet dwongen om dat te doen. Dat kun je in redelijkheid ook niet van hem verlangen. Dan moet je zeggen: wij zullen de huurder er uit halen. Dan is die woning in ieder ge val uit de circula tie. Die mag je niet meer verhuren. En wat hij er dan verder mee doet, dat moet hij dan maar weten. Men mag de woning opkaappen. Het staat een ieder vrij om de woning te verbete ren en als die woning verbeterd is, dan kan de onbewoonbaarverkla ring worden opgeheven. Dat is een vrij simpele zaak. De heer Jacobs: Is dat blokje van één eigenaar of van drie eigenaren? De voorzitter: Van drie eigenaren. Dat doet niet ter zake. De belangen van de belendingen komen hier toch wel na de belangen van degene, die daar in moeten wonen en die er niet in zullen trappen om daarin te gaan wonen. Want wat gebeurt er in feite? Er is een of ander krotje, waar iemand uit wordt gehaald, want die zit zo slecht; We krijgen rapporten daarover dat het zo vochtig is en dat de kinderen astma krijgen en doktersverhalen er bij en dan worden ze

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 224