-13- De heer Yalk: O, maar wijs het ook niet af. De voorzitter: Wat de opmerkingen betreft in de richting van de direk- teur van gemeentewerken, ja, wij zijn verantwoordelijk als kollege, daar wil ik geen twijfel over laten bestaan, maar als gezegd wordt dat een begroting ondeskundig is opgezet, dan wil ik degene, die hem gemaakt heeft, waar van iedereen weet, dat die hem gemaakt heeft, omdat zijn naam eronder staat, toch wel de gelegenheid geven om ter verklaring een opmerking te maken. Dat blijft dan verder buiten de persoonlijke sfeer, maar ik vind, dat dat correct is om dat te doen. De heer Valk: Nou, ik vind meer, dat de verantwoordelijkheid bij B. enW. ligt. De voorzitter: Wij zijn verantwoordelijk voor het brengen van de be groting en voor de commentaren erbij, we zijn voor ieder cijfer verantwoordelijk. Dat gaat helemaal niet aan om dat af te wentelen op degene, die hem gemaakt heeft, maar als iemands naam eronder staat en men gaat zeggen, dat hij ondeskundig, dus onvakmatig is opgesteld, dan vind ik, dat iemand, die hem gemaakt heeft, het recht heeft er iets over te zeggen. De heer Jacobs: Het wordt wel tijd, dat ik wat mag zeggen. De meeste punten hebt u al beantwoord. Wij willen aan dat urgentie-plan wel de hoogste priori teit geven. Dit mag niet ten koste van een visvijver in de weg worden gestaan. Maar hieronder staat dus; Gezien de kosten, die aan bedoeld plan verbonden zijn, is ons kollege van mening, dat het financieel oonverantwoord is, maar als ik hier nu de heren raadsleden hoor, en het gaat over tonnen, blijft dan B. en W. toch van mening dat het financieel onverantwoord is De voorzitter: Het is financieel onverantwoord, mag ik het nou eens precies aansnijden, om er nu toe te besluiten, zonder dat we voldoende zicht hebben op de financiële consequen ties van hetgeen we zouden doen. U kunt begrijpen, dat met alle verlangens, die er zijn, en het zijn er nogal wat, dat de ruimte, die u aange kondigd gekregen hebt in de begroting, natuurlijk in ruime mate gebruikt wordt en wij hadden op het moment dat de begroting werd behandeld geen voldoende zicht in de financiële consequenties precies in de exploitatie van bijvoorbeeld de sporthal, die we voor hebben. Daar zijn meer cijfers over gekomen, die hebben we van elders gekregen, vergelijkingsmateriaal en daar is een voorlopige raming van opgezet. Dat hopen we te verwerken in een nota, waardoor we de prioriteiten, die bij de be groting gesteld zijn, wat meer kunnen funderen. En dat is eigenlijk de teneur van wat we nu zeggen. Mijnheer Huijbregts, u hebt de vraag gesteld. Vind u, dat het antwoord voldoende is

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 205