situaties er gewoon vanuit gaan bij hun berekeningen en hun prognoses dat dat probleem wordt opgelost. En dan speelt inderdaad het vraagstuks moeten de heren stedebouwkundigen nu een weg gaan aanleggen die geschikt is voor het internationale transport, plus plaatselijke personenvervoer of moeten zij een weg gaan aanleggen in eerste instantie voor het plaat selijke personenvervoer? Dat vind ik wel raar. Vandaar ook de noodzaak om de heren nog en kele vragen te stellen in een kommissie, waarbij de heren natuurlijk vertegenwoordigd zullen zijn. Dat lijkt me zeer geschikt. De heer Huijbregts: Mijnheer de voorzitter, ik heb er niet veel aan toe te voegen. TJ kent ons standpunt. Ik wil alleen nog zeggen dat onze fraktie zijn standpunt k heeft gebaseerd op de reakties van de bevolking. En ik kan u zeggen, mijnheer de voorzitter, dit is wat Wernhout betreft - ook de heer Jochems is dat volledig bekend - en afgaande op die reakties kunnen wij aan gevraagde inspraak niet voorbij gaan. De heer Jacobs: Ja, ik wil iets zeggen wat betreft die kommissie, waarover de heer Pellis sprak. Ik weet niet wat ze zien in zo'n kommissie. Moeten daarin mensen van buiten, de raad iedereen, want anders dacht ik: we hebben een kom missie groei en ontwikkeling, en die heeft er toch ook studie voor. De voorzitter: Ik dacht, mijnheer Jacobs, en vooral omdat deze zaak zoveel mogelijk op de raad moet worden teruggespeeld, waarmee wij zelf begonnen zijn. Als wij als kollege de zaak op een kommissie hadden gespeeld, in die zin dat we daarin de zaak helemaal willen uitwerken en dan daarmee in de raad komen, dan zou ik zeggen: ja, er is reden voor. Ik dacht dat de zaak nu zoveel mogelijk op de raad moet worden teruggespeeld, juist geen plaats zou zijn voor werk in een kommissie.Ik zie dat niet zitten. Dat leidt alleen maar tot een vertekening van het beeld voor de raads leden. De heer Pellis: Ik bedoel met zo'n kommissie meer studie-kommissie, die dan het gehele probleem bekijkt en dan met belanghebbenden - en dat zijn voor mij speciaal diegenen, die grensbelangen hebben y of uit het bedrijfsleven, dus onder andere expediteurs - overleg voeren. De voorzitter: Ik kom zo aan u toe, mijnheer Pellis. Meneer Jacobs heeft u nog meer opmerkingen? Mijnheer Pellis? U hebt al gelijk gereageerd in tweede termijn? Goed, als ik dan nog even mag terugkomen op uw kritiek. Mijnheer Valk, het onderzoek in zijn totaliteit heeft zich natuurlijk op de spitsuren beperkt, maar op de aangegeven punten is het verkeer de gehele dag bekeken en dan geeft men spitsuur-cijfers, omdat dat de hoog^- ste zijn. Overigens blijfik toch - en dan wordt het een spelletje - mij er over verwonderen dat u enerzijds zegt: nou, dat verkeer geeft Voor mij geen aanleiding tot bezorgdheid en die verkeersintensiteit - het is op andere plaatsen heel wat erger - hoeft voor mij geen aanleiding te zijn om alarm te slaan. Maar later zegt u: de zaak zo laten zou ontoelaatbaar zijn. Nou weet ik het niet, wat ik moet begrijpen. Bent u nu vóór of tegen de huidige situatie? Aan de ene kant zegt dat het veel beter gaat, het is veel minder druk geworden, het is toch al heel wat verbeterd dat vind ik ook -, maar ik had van iemand van de aktiegroep toch een ander standpunt verwacht. IJ zegt dan ook even later weer dat het ontoelaatbaar zou zijn dat Zundert die overlast moet slikken. Hoe moet ik het nu begrij pen? Ik ben blij,'mijnheer de voorzitter, dat u mij uitleg vraagt, want ik

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1975 | | pagina 169