- 10 - Daarom dacht ik, dat het voor het kollege een duidelijke zaak was. Uit de "brieven moge "blijken, dat wij daar ook op hebben aangedrongen. Wij hebben gevraagd om de zaak in Wernhout te beëindigen en alle faciliteiten met de hele voorziening over te brengen naar Hazeldonk. Geen deeloplossing. En laat men dan ook niet aan ons vragen, zoals in de brief van de minister van financiën gesteld wordt om als het ons nu zo dwars zit en als we er nu zo een last van hebben te vragen de faciliteiten Wernhout te beperken, dan verdwijnt het verkeer vanzelf wel. Maar dat is een oneerlijke vraag, want men kan van ons -noch van burgemeeste en wethouders, noch van de raad- vragen en dat geldt zo goed voo de heren Huijbregts en Pellis als voor de heren Valk en Kunst om de mensen aan de grens de nek maar om te draaien. Dat verwach niemand en dat is ook helemaal niet nodig als men inderdaad een duidelijke een eenvoudige beslissing neemt om aan Hazeldonk de nodige faciliteiten te verlenen. Men moet erkennen, dat men des tijds een fout gemaakt heeft door de keuze, dat er aan Hazeldonk geen douane-afhandeling zou zijn. Het ligt in de aard van de zaak om op onjuiste beslissingen terug te komen en daar niet stug en stijf aan vast te houden. Men zou in overleg met de Belgische autoriteiten tot ombuiging van dit beleid moeten zien te komen. Dan hebben wij geen rondweg nodig en ook geen eenrich tingsverkeer in de Zundertse woonstraten. Ik zou toch eerlijk gezegd liever niet aanbevelen om een voorstel aan te nemen om bijvoorbeeld het verkeer door de Burgemeester Manderslaan te halen of door de Velstraat of door de smalle buitenwegen, zoals de Rustenburgstraat of nog verderaf. Het is toch, mijnheer Valk, even onzinnig om naar het oude douane-kantoor een omrit te maken als het onzinnig is, dat het verkeer hier door de dorpskommen blijft komen. Wat de werkgelegenheid betreft zijn wij als kollege attent, maar wij menen toch wel, dat het dorp Zundert de last van het verkeer niet meer dragen kan. Ik heb vandaag iets meegemaakt, dat mij verschrikkelijk boos heeft gemaakt. Vanmiddag deed zich het volgende voor. Uit Wernhout kwam een kolossaal kraan-auto- geval en van de richting Breda kwam een al even kolossaal plat- bootvoertuig. Die dingen stopten ter hoogte van de Markt en die chauffeurs begonnen een gesprek met elkaar. Toen ben ik vresel^k boos geworden en toen heb ik gedacht, is het nu werkelijk zov^ gekomen, dat Zundert van de vrachtknotsen is. Zundert is niet van de vrachtknotsen. Zundert is van de mensen en wat er op het ogenblik doorheen komt is die mensen teveel. Dat is het standpun" van het kollege. Ik zou de heer Valk nog willen zeggen, dat ik het niet juist zou vinden de motie aan te vullen met een alinea, dat de raad zelf nog tot actie zou moeten overgaan. Ik dacht, dat zulks niet op de weg van de raad ligt. Wat individuele raadsleden doen is uiteraard hun keuze, maar de raad als zodanig moet in zijn rol blijven. De heer Valk Ik kreeg een reactie van kollega Pellis. Ik weet niet of ik mijn betoog te snel heb voorgelezen of misschien slecht heb gebracht, maar ik dacht, dat ik toch ook niet voorbijging aan de belangen van de douane-agenten. Ik dacht dat in mijn betoog duidelijk tot uitdrukking gekomen is -dit in tegenstelling tot wat het beroeps goederen vervoer schrijft- dat ik wil vechten voor de enige op lossing, zoals die ook door het kollege wordt gezien en wel de overbrenging van de totale kantoren met inbegrip van de douane agentschappen. - Mijnheer -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1974 | | pagina 73