I I I I I I I 1 I I 1 I I I I 38 - De heer Marijnissen Ik wil er in het kort dit op zeggen. Ik merk, dat de heer Pellis waarschijnlijk bij de hogere niveau's behoort en dat hij bang is, dat er teveel van zijn inkomen afgeknabbeld zou worden. Dat is niet mijn bedoeling, maar het is toch wel mijn mening, dat diegene, die meer verdient, ook gemakkelijker iets kan betalen. Het is een heel normale zaak, dat wie er bij de gemeente werkt, in dat opzicht precies gelijk behandeld wordt als anderen en het inbouwen van drempels vind ik eigenlijk niet op zijn plaats. De heer Yalk Mijnheer Marijnissen vraagt de mening van de raad en daar heb ik ook« al eensmeer om gevraagd en dan wordt er niet gesproken dat vind ik een hele ernstige zaak. Dus ik zou toch ook wel graag willen weten, hoe de anderen hierover denken. Als ze het er mee eens zijn, laten ze dan zeggen dat ze het er mee eens zijn, dan weten we dat. Mijnheer de voorzitter, ik ben zonder meer tegen dit punt. U haal^fc even het woord elite aan, maar ik heb dat woord niet gebruikt. Ik had het over een selecte groep. Als ik het goed beluister, mijnheer de voorzitter, dan is het voorstel voor mij een niet haalbare kaart. De voorzitter Dat weet ik niet. Goed, IJ wilt stemmen. Mijnheer Marijnissen zegt, dat hij wil weten, wat men daarvan denkt. De heer Valk Daar ben ik aan bezig mijnheer de voorzitter. Ik wou zonder meer dus zeggen Ik wil stemming en dan wou ik even op het idee van mijnheer Marijnissen doorgaan. Ik kan dat volgen. Ik vind het ergens een logi sche zaak worden, wanneer men hier een grens stelt. U noemt het be drijfsgeneeskunde De voorzitter Het is niet alleen een kwestie van het belang van de ambtenaren maar ook van de gemeente als werkgever. De heer Valk Dat geldt voor elke Zundertse inwoner, mijnheer de voorzitter. Je kunt wel zeggen: Ja, maar die werkt bij een ander bedrijf, en dan zo den al die bedrijven, volgens U dit maar moeten volgen. De voorzitter Dat ligt niet op onze weg om daarvoor te strijden. De heer Valk Ik vraag me af, wat het werkelijke motief is geweest van die vraag. Dat staat niet in het stuk. Het zou er dus op neer komen, dat ze dat geld gewoon nodig hebben omdat ze het zelf niet kunnen betalen en daar geloof ik niet in behalve dan door een beperkte groep, die minder dra: krachtig is. Die zou ik het best willen gunnen. Ik kan de heer Marijnissen volgen, als hij hier een grens wil stellen. Daar wil ik graag aan meedoen. De voorzitter Dat begrijp ik nu. Dat ligt natuurlijk in de aard van Uw redenering besloten. Ja, dat is dus eigenlijk een ammendement op ons voorstel. De heer Marijnissen wil een grens inbouwen.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1974 | | pagina 199