- 14 -
De voorzitter:
Ik geloof niet dat de oplossing in die richting gevonden
kan worden. Wij hebben geen bezwaar tegen aanhouding, als
de raad dat zou willen, maar dan zal de heer Van Trijp
initiatieven moeten nemen om een nieuwe situatie te zoeken»
De heer Pellis:
Dat zal een financiële kwestie worden.
De voorzitter:
Kunt u onder deze conditie instemmen met aanhouding van
het voorstel?
De heer Valk:
Ik zie geen bezwaar om het voorstel aan te houden.
De voorzitter:
Ik zie dat bezwaar ook niet aanwezig.
De heer Huijbregts:
Vat schiet men er mee op?
De voorzitter:
Wie zijn er voor aanhouding?
Ik zie wel dat het merendeel instemt met het aanhouden van
het voorstel. Vie wenst er nog een formele stemming over
het voorstel, zoals ik dat geformuleerd heb?
De heer Verhijen:
Het voorstel, zoals u dat geformuleerd heeft, sluit een
compromis tussen de heer Van Trijp en de buren uit.
De voorzitter:
Min of meer wel» Ik heb u duidelijk aangegeven dat ik
een compromis tussen de heer Van Trijp en de buren lap-werk
vind.
De heer Verheijen:
Dat kan altijd nog meevallen»
De heer Pellis:
Mij dunkt dat het ook kan meevallen. Waarom zouden we het
uitsluiten?
De heer Laseroms:
Mijnheer Pellis, stelt u dan in de volgende vergadering een
compromis voor»1
De heer Pellis:
Ik kan het niet garanderen. Ik geloof er in.
De heer Laseroms:
Ik niet, anders zou die brief niet gekomen zijn.
De voorzitter:
Als die tussen-oplossing er mocht komen, dan zou ik nu de
vrijheid willen voorbehouden om daarover een eigen oordeel te
- geven -
y -i