- 24 -
De heer Van Hassel:
Dat is juist.
De voorzitter:
Na een uitvoerige discussie in de commissie over deze alternatie-
Ven, hij welke bespreking de heer Van Weert aanwezig was, is gekon
kludeerd dat het oorspronkelijke plan het beste was. Het is toch
wel duidelijk dat terzake voldoende gelegenheid geboden is voor in
spraak en dat deze ook heeft plaatsgevonden.
De heer Valk:
Zo heb ik het niet begrepen, mijnheer de voorzitter. Ik
vind het helemaal niet erg dat de commissie-leden zich
op de tenen getrapt voelen. Wij zijn hier om het algemeen
belang te dienen. Het spijt me dat de commissie zich zo
sterk voelde om zelfstandig te oordelen. Ik kan me voor
stellen dat dit niet gemakkelijk is, wanneer men niet
in het vak zit.
De voorzitter:
Tegen dit soort uitspraken teken ik toch wel bezwaren aan.
Een commissie mag over alle aan haar voorgelegde zaken
zelfstandig oordelen en beslissen.
De heer Valk:
U mag de commissie-leden zonder enig bezwaar verdedigen.
Wanneer ik iets te veel zeg, mogen de commissie-leden mij
ook gerust aanvallen.
De voorzitter:
Ik verdedig de commissie-leden niet. Ik bestrijd uw pre
tentie dat u alleen deze zaak het beste kunt beoordelen.
De heer Valk:
Dat mag u, mijnheer de voorzitter.
De voorzitter:
Ik ben van oordeel dat de mening van de commissie-leden zo
goed is als de uwe.
De heer Valk:
Ik kan achter dit standpunt staan, maar dat neemt niet
weg dat, wanneer men op een plattegrond-tekening een
inrichting van een woning gaat aangeven, dit -en ik wil
dit voorzichtig uitdrukken om niemand op zijn tenen te
trappen- lijkt op een soort verkooptechniek van een plan.
De voorzitter:
Dan heeft de heer Van Weert lastige klanten gehad.
De heer Hoekman:
Ik ben het ten dele eens met wat de heer Valk gezegd heeft.
Wij zijn misschien niet technisch en bouwkundig genoeg om
dat te beoordelen.
Maar de te bouwen woningen hebben we beoordeeld als waren
wij toekomstige bewoners hiervan. Aan de heer Van Weert
- hebben -