- 20 - De heer Laseroms: De heer Valk beziet de zaak vooral vanuit een boüwtechnisch oog punt. Ik moet toegeven dat ik dit aspect niet kan beoorde len. Evenwel moet ik opmerken dat het bouwplan niet alleen beoordeeld is op zijn technische kwaliteiten. Er is bezien op welke wijze de woning ingericht zou kunnen wohden. Alle leden van de commissie zijn tot de konklusie gekomen dat het plan in dat opzicht -dus qua woonconfort- alleszins aanvaardbaar is. Op de vraag van de heer Van Hassel betreffende de lijst van woningzoekenden wil ik het volgende antwoorden. In september 1970 waren ongeveer 137 woningzoekenden ingeschre ven. De lijst telt nu 156 woningzoekenden, terwijl 'nog een 7-tal aanvragen ingeschreven moeten worden. U weet dat bij de verdeling van de eerste twaalf woningen in' het Berk-plan twee drie keer personen hebben moeten aanwijzen van de reserve-lijst, waarvan enigen reageerden met de mededeling dat ze nog geen behoefte hebben aan een andere woning, om dat ze nog tevreden zijn met hun huidige huisvestin'g. Om een reëel beeld te geven van het aantal woningzoekenden dacht ik dat een aantal van 100 de werkelijkheid volledig benadert. Als ik u ook vertel dat de laatste van de 60 wo ningen in de Berk toegewezen is aan iemand, die minder dan 1 jaar was ingeschreven, dan moet toch gekonkludeerd worden dat de wachttijden niet zo lang meer zijn. Eén jaar wachten blijft natuurlijk nog lang, maar het is toch niet overdre ven lang. De heer Van Hassel: Dat is juist. Maar mijn vraag is hoe het komt dat er nog zoveel woningzoekenden zijn, terwijl uit de pers blijkt dat er zoveel leegstand is. De heer Laseroms: Maar, hoeveel bedraagt de huur van die woningen? De heer Van Hassel: Hieronder zijn ook begrepen honderden oudere woningen. De voorzitter: Ik kan me niet voorstellen dat buiten de saneringswijken oudere woningen leegstaan, die betaalbaar zijn. De heer Laseroms: Dat er woningen leegstaan met huurprijzen van 450,-- en meer per maand, kan ik begrijpen. De heer Van Hassel: Ja, dat begrijp ik ook. De voorzitter: Mijnheer Valk, het is moeilijk om een deskundige te over tuigen. Op uw opmerking dat de commissieleden over zich heen hebben laten lopen, wil ik toch nog wel even rea geren. U moet ervan uitgaan dat een raad, die een vertegenwoor digend lichaam is, in principe niet deskundig'is. Als er dan een deskundig advies wordt gegeven, waarover nader gediscussieerd wordt, is dit een goede zaak. Immers, een - zodanige -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1973 | | pagina 181