- 19 - verhuizen naar een andere woning. Als men er van uit gaat dat de jong-gehuwden een kleinere woningen moeten huren, dan zullen deze, zodra er kinderen komen, vanzelf naar een grotere -en derhalve duurdere- woning moeten gaan vertrek ken. De heer Valk: Ik geloof niet dat hier gesproken kan worden van een moe ten, want ook in een kleinere woningtype -dus niet de klein ste- kan men huizen met b.v. 3 kinderen. De wens om in een grotere woning te wonen, zal .alleen komen, wanneer men weet dat men meer huur kan gaan betalen. De drang om dat te gaan doen, is dan wel aanwezig. Wanneer alleen grote woningen aanwezig zijn, zal men nooit tot een bepaalde doorstroming geraken. De voorzitter: In mijn opvatting is het helemaal niet nodig om in die woningen een doorstroming totstand te doen komen. Wanneer men de huur met een individuele huursubsidie kan betalen, dan beschikt men over een goede woongelegenheid. Of men nu een doorstromingspremie al dan niet krijgt, verhuizen kost altijd geld. En waarom zou men dan niet van meet af aan een goed bestemming kiezen. De heer Valk: Voor mij is het een heel groot vraagteken of het beleid juist is, wanneer zonder meer uitgegaan wordt van het bestaan van de huursubsidie en in dit kader zonder nadere motivering overgegaan wordt tot de bouw van grotere woningen. De voorzitter: Het beleid van het kollege is er op gericht om de gezinnen een zo goed en zo ruim mogelijke woning te bieden. Aan dit standpunt houden wij gaarne vast. Wij zijn er een fel voor stander van dat de standaard-woningbouw van een behoorlijke kwaliteit is. Wij willen graag goedkoop bouwen, maar we zijn evenmin als u, mijnheer Valk, gecharmeerd voor minimale plannen. We wensen te voorkomen dat in de toekomst grote onderhouds kosten gedaan moeten worden. We zijn ook niet gecharmeerd voor plannen, die een te kleine woning inhouden. Met de uitvoering van een iets kleiner woningtype verdient men geen duizenden guldens. Met onze bouwgrond-prijzen is er weinig te verdienen. Wanneer de woning in een kleinere vorm wordt uitgevoerd. Vanwege de hoge grondkosten vallen de stichtingskosten altijd in een hogere klasse. We zouden een heel ander uitgangspunt in kunnen nemen, wanneer de bouw grond op een minder kostbare wijze in eigendom verkregen zou kunnen worden. Door hoge grondprijzen worden we gekon- fronteerd met hoge huren. Niet de bouwkosten spelen daarbij de voornaamste rol. We mogen niet vergeten dat juist de grondkosten de stichtingskosten zo hoog maken, met het gevolg dat de rijksbijdrage vermindert en de huur hoog wordt. Als ik de woningbouw bezie, zoals die in de Berk totstand is gekomen, moet ik zeggen dat er geen reden aanwezig is om van de gevolgde weg in deze af te wijken. - De -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1973 | | pagina 180