De heer Valk:
Ik heb ook bezwaren tegen al die tijdelijke voorzieningen.
Het is wellicht interessant om te weten hoe zo iets ont
staat. Is een dergelijke situatie niet tijdig te voorzien?
Het bestuur van de Van der Wall-school weet toch op een
gegeven moment welke ouders hun kinderen op school zullen'
plaatsen.
De voorzitter:
Dat weet het bestuur niet, omdat de Van der Wall-school
een bizondere positie inneemt. Het is misschien goed u
omtrent de plaats van deze school in de onderwijs-struc-
tuur van deze gemeente de mening van het kollege mede te
delen. De school is vanouds een protestants-schooltje.
Inmiddels heeft de school een funktie verkregen als buurt-
school. De groei van deze school heeft zich nog al 'sterk
voortgezet, omdat vanuit Noord kleuters naar deze school
gaan en vervolgens de basis-school van deze instelling
zijn gaan bezoeken. Daarnaast heeft de Van der Wallschool
een derde funktie. Zij vervult een beetje de funktie van
een openbare school in deze gemeente. Ouders, die hun
kinderen naar een openbare school zouden willen sturen,
sturen ze nu naar de Van der Wallschool. Dit alles maakt
onvoorzienbaar in hoeverre deze school, die vroeger een
minimaal bestaan leidde en thans vanwege de verbreding
van haar basis een toch wel speciale aantrekkingskracht
heeft, zich gaat ontwikkelen. Er zijn in deze dan ook geen di
recte prognoses te maken, terwijl het bestuur toch wel
plannen heeft voor een uitbreiding. De moeilijkheid
blijft echter bestaan dat men niet precies kan -vaststel»-
len in hoeverre het aantal leerlingen zich gaat uitbrei
den. Ik geloof niet dat het bestuur ambieert een uitbrei
ding te realiseren van haar scholen op basis van de hui
dige funkties. Het kan ook eigenlijk niet, want de plaats,
waar de scholen nu gevestigd zijn, is daartoe niet ge
schikt. Bovendien is de huidige plaats een belangrijke
factor bij de aantrekkingskracht van de school. Als het
schoolbestuur om een bouwplaats zou verzoeken, zal onge
twijfeld gesteld worden dat uit een stedebouwkundig oog
punt een uitbreiding aan de Vincent van Goghstraat on
aanvaardbaar is en dat voor nieuwbouw uitgezien moet wor
den naar een plaats in het Berk-plan.
Dan zal de school in een ruimtelijke opzicht een heel
andere plaats verkrijgen, waardoor mogelijk andere in
vloeden zullen gaan gelden voor deze school. Het is dus
een zeer gekompliceerde zaak. In het kort komt het hierop
neer dat de aantrekkingskracht van de Van der Wallschool
uit verschillende factoren is opgebouwd en dat hierop
niet precies een peil is te trekken. Exact was de uit
breiding van het aantal leerlingen niet aan te geven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeen
komstig het voorstel van burgemeester en wethouders beslo
ten.