- 23 - dan heet subregionaal niveau, niet Etten-Leur achterna gaan, dat moeten wij niet doen. Ik dacht dat dat de keuze was die vanavond aan de orde was en ik dacht dat de voorbereiding daarvan voldoende duidelijk was. Daarnaast mijnheer Valk is er geen enkel bezwaar en is het een zinnige zaak dat de kwes tie van de opbouwproblematiek en de vraag naar de gewenste voorzieningen uiteraard aan de orde moet komen. Ik dacht dan eigenlijk dat wij in dat opzicht ook wel eens zouden mogen kijken naar de stichting sociaal cultureel opbouwwerk die wij tegenwoordig hier hebben compleet met opbouwwerker. Wij hebben in de afgelopen jaren een onderzoek laten doen naar de gewenste sportaccomodaties omdat wij geconstateerd hebben dat wij op dit punt een enorme achterstand hebben. Ik heb bij herhaling gezegd dat wij die hebben en dat wij die in moeten lopen en daar zijn wij druk aan doende. Dat er op sociaal cultureel terrein achterstanden bestaan wil ik u ook toegeven, maar dat is een wat ingewikkelder zaak dan iets van een be spreking op korte termijn, omdat daarmee gemoeid is de totale meningsvorming op dit terrein in de gemeente en ik dacht niet dat die op dit moment zo ver gevorderd was dat kan worden ge kristalliseerd wat er in de toekomst op dit punt gewenst zal zijn. En dat is een discussie die zeker naar mijn smaak nog een jaar zal moeten doorgaan voordat daar voldoende uit naar voren gaat komen wat nodig zal zijn. Wij hebben nu een op bouwwerker aan de gang en ik dacht dat die zijn weg goed be gint te vinden. Maar wij zijn er toch nog niet zover mee klaar dat daar nu een duidelijk beeld op tafel ligt. Ik zou er op dit punt besList voor willen waarschuwen dat wij gaan zeggen: kijk nu hebben wij ook dat nog, laten wij dat er bij betrekken Wij hebben hier te maken met een technisch probleem in die zin dat wij zullen moeten gaan maken een struktuurplan waar wij de ontwikkeling gedacht hadden in de komende jaren. Wij zul len moeten gaan vaststellen welke hoeveelheden woningen daar dan in moeten komen op grond van een totaalbeeld van de ge meente dat wij hebben, en hoe wij dat dan zullen gaan rang schikken. Dat is een technisch probleem in die zin dat wij voor de vervolgplannen op de Berk dan een onderzoek en de aan de hand daarvan geformuleerde uitspraken op tafel zullen moeten leggen waarbij wij zullen moeten aangeven waar wij in de komende jaren de ontwikkeling gedacht hadden. Daar draait het nu om en ik dacht dat wij teveel overhoop zouden halen en ons in het drijfzand zouden laten verzinken, wanneer wij nu een discussie zouden uitlokken over de gewenste maatschappe lijke opbouw in de verschillende kernen van Zundert. Dat moe ten wij dacht ik niet doen, mijnheer Yalk. Burgemeester en wethouders kunnen niet positief waarmaken dat er uitbouw zijn zal in de agrarische sektor. Wij kunnen waar nemen dat er dingen gebeuren, wij kunnen zaken begeleiden, wij hebben met name een grote belangstelling voor de mogelijkheden die er zijn in de boomkwekerij, maar die mogelijkheden zijn bijzonder moeilijk in cijfers weer te geven, al niet in het minst omdat wij de omzetcijfers van de heren niet precies ken nen en als ik ze zou kennen, dan zou ik ze zeker niet mogen publiceren. Maar een feit is wel dat er inde boomkwekerijen een opgaande lijn zit en dat wij proberen dat door een rati onele organisatie van de verkoop zo te brengen dat van de op brengsten daarvan een zo groot mogelijk deel in Zundert zal blijven. Het is wat algemeen weergegeven, maar ik hoop dat - het -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1972 | | pagina 46