- 17 -
de raad en het gemeentebestuur gebonden zijn aan de aanwij
zingen van het streekplan. Weliswaar terecht is opgemerkt dat
het streekplan de burgers niet bindt maar bij de beoordeling
van de door ons in te zenden plannen zal uiteraard rekening
worden gehouden met de gedachtengang uit dat provinciaaljplan.
Het lijkt mij van belang, om hier eens duidelijk voorop te
stellen, dat het weinig zin heeft om te praten over-het schep
pen van werkgelegenheid in de industriële sector, wanneer ons
in het streekplan niet een funktie is toegedacht als industrie
kern. Ik heb zelf, in de korte tijd dat ik hier burgemeester
ben, drie keer een serieuze poging gedaan om te doen herleven
het Akkermolenplan dat voor mijn tijd tot bij de Kroon is af
gewezen als industrieterrein. U weet dat wij een hele martel
gang aan het gaan zijn om nu nog een bedrijventerreintje te
verwerven. Het grootste probleem op dit punt, ik wil daar nu
niet tot in details op in gaan, is nog steeds de zeer hoge
grondkosten die in Zundert opgang doen. Het is, in tegenstel
ling tot veel andere plaatsen, in Zundert bijzonder moeilijk
om grote stukken grond voor een redelijke prijs te verwerven,
die als industrieterrein zouden kunnen worden gebruikt.
Wij zien naar een andere mogelijkheid om die meer soelaas biedt
dan het u bekende gebied bij de Kapellekestraat, waarop wij
onze hoopvolle blikken hadden gevestigd, maar wij moeten er
ons toch wel mee vertrouwd maken dat de instanties met name de
provincie die onze plannen beoordelen bepaald niet welwillend
staan tegenover industriële uitbreiding van Zundert. Dat be
paalt dan tegelijkertijd een heleboel van je mogelijkheden.
Nog helemaal afgezien van de vraag of wij dat zouden willen
op grote schaal -de heer Kunst heeft dat gereleveerd- zouden
wij er ook niet mee weg komen. Ik vraag me dus af of het veel
nut heeft om althans de eerste jaren dit in je beleid te gaan
verdisconteren.
Het zal geen enkel effect sorteren te stellens er moet meer
werkgelegenheid komen, er moeten meer arbeidsplaatsen komen
in verband met het waarschijnlijk teruglopende -overigens
nog wel respektabel- aantal in de landbouw, de agrarische sek-
tor. Dat zullen wij althans op het zicht van de eerste jaren
niet kunnen halen.
De heer Kunst signaleerde -en hij heeft dat heel goed gezien-
dat er in de agrarische sektor op dit moment aanzienlijke be
dragen worden verdiend. Ik vind het fijn dat hij dit gedaan heeft.
Ik hoop volgende week wat jaarcijfers bekend te maken, maar u
kent die van vorig jaar; daar zitten we uiteraard niet ver van
af; het gaat om tientallen miljoenen die daar uit komen. De heer
Kunst is wat pessimistisch over de mogelijkheid om die plus
2200 woningen te halen in het jaar 2000. Dat ben ik met hem eens,
vooral ook, en dat is dan gelijk een antwoord in de richting van
de heer Pellis, omdat wij met name in de sektor van de woning
wetwoningen de zaak niet in de winkel kunnen gaan halen. Wij
zijn afhankelijk van toewijzingen en wij zijn de enige gemeente
niet die toewijzingen begeert; er zijn er meer en je moet af
wachten yat je krijgt. Weliswaar spelen op het ogenblik de mo
gelijkheden van de bouw een grote rol, maar het is bepaald niet
zo dat je kunt zeggen: wij zullen eens even 100 woningen bouwen.
Dat zouden wij verdraaid graAg willen, maar of we ze zullen
krijgen dat is vers twee en het is niet een kwestie van we zullen
die eens even gaan vragen. Ik wil dat nog wel eens even duidelijk
onderstrepen, en ik denk dat ik dan ook wel spreek namens de heer
Laseroms, die de woningzoekenden op zijn spreekuur krijgt als
- ik -
