- 5 - wij de totale ontwikkeling in de landbouw bekijken. Normaal is dat in Nederland ongeveer een 10"fo in deze agrarische sektor werk zaam is; in Zundert is dat nog steeds 37$> althans bij de opme ting die wij destijds in 1968 gedaan hebben. Wij zien verder dat de perspektieven -en dat is voor u echt geen nieuws- met betrek king tot de tewerkstelling in die landbouwsektor nationaal gespro ken niet zo groot zijn. Men veronderstelt dat aan het eind van die periode wanneer de totale struktuur dus een beeld getoond heeft van diensten, industrie en landbouw, in de agrarische sektor onge veer 5$ nog zal afvloeien. Wij zijn van mening dat de agrarische sektor in de gemeente Zundert, ook wat zijn tewerkstelling betreft nog groeipotenties bezit. Wanneer je daarnaast ziet dat deze sek tor in die struktuur zo'n belangrijke tewerkstelling en zo'n be langrijke inkomensvorming tot stand brengt dan dacht ik dat daarmede dan tevens voor een heel stuk die funktie van Zundert bepaald is. Aan de bestaansbronnen, waaruit de mens zijn inkomen kan halen, zullen bij de funktiekeuze richtinggevende betekenis toegekend moeten worden. Wij dachten dat wat dat betreft zowel naar de kant van de werkgelegenheid als naar de kant van de maximalisering van die inkomens primair die agrarische funktie staat; dat secondair de dienstensektor, die in de algemene ontwikkeling steeds sterker op de voorgrond treedt hier -maar dan op de schaal van een lokale gemeenschap- bepaalde werkgelegenheid kan bieden en tot inkomens- maximalisatie kan leiden en dat in 3e instantie voor zover de be staansbronnen hier ter plaatse dan niet toereikend zijn, dat het weinig zinvol is -dat zijn wij althans van mening en ook uw kolle ge heeft dit in zijn beleidsnota onderschreven- om hier een indus trialisatie op gang te krijgen van een allure als van de gemeente Etten. Wij zijn van mening dat dat weinig zinvol is, in die zin dat voorzover de industriële werkgelegenehidsontwikkeling noodza kelijk is, u dat in de zeer korte nabijheid kunt vinden. De con centratiepunten Breda- Antwerpen- dat is dan een beetje ver weg, maar wij weten ook niet hoe dat dat verder gaat uitdijen- maar laten wij zeggen Breda-Etten-Leur, bieden in uw naaste omgeving voorzover uw bevolking industriële ambities heeft, voldoende mo gelijkheden op vrij korte afstand. Het alternatief, te weten een eigen industrialisatie van enige schaal zou inhouden dat u con- sessies moet doen aan -laten wij zeggen- de nog zeer leuke en karakteristieke dorpsachtige samenleving die de gemeente Zundert kenmerkt. Wij dachten dat de aantallen waarom het gaat en de af standen die dan overbrugd moeten worden niet van dien aard zijn dat je die consessie aan je landschap en aan je milieu zou moe ten tot stand brengen. Dit houdt uiteraard niet in dat wij indu strialisatie als zodanig geheel afwijzen. Ik zou zeggen, integen deel. Voorzover hier dus een eigen industrialisatie op gang zou moeten komen zou dat van beperkte omvang moeten zijn en dan zou den de typen bedrijven die aangetrokken moeten worden dachten wij zeer selektief bekeken moeten worden. In het kort gezegd dat zou den dus schone en een beetje ambachtelijke industriën moeten zijn, die geen schade toebrengen aan het landschap en die op de schaal van de gemeente Zundert geënt moeten zijn en niet zeer grootscheeps, zoals dat in Etten het geval is geweest. Ik dacht dat ik hiermede dus de 3 belangrijkste pijlers genoemd heb, waar op het toekomstige bestaan van de Zundertse bevolking zich kan bewegen. Primair dus de landbouw, secundair dus de verdere uit bouw van de dienstensektor, maar dat toch wel op een lokale gemeenschap geënt, dus ook niet dat u hier funkties gaat ver vullen voor grotere steden die hier in de omtrek liggen, want dat is absurd dacht ik, en in 3e instantie een kleine in om vang geringe industrisële ontwikkeling, een beetje geënt op de eigen bevolkingsgroeimet daarnaast een verdere uitbouw van wat ambachtelijke en watinlustriële nijverheid. Wanneer wij dat dan trachten te vertalen en de karakteristiek van Zundert even - uitbreiden-

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1972 | | pagina 28