Dat is een stuk dat we beslist open moeten houden. Realisering van model IV betekent een handhaving van de lanschappelijke accenten rond Klein-Zundert. De heer Pellis zegt in dit verband; Laat er maar wat kleine bedrijven tussen liggen als dat zo uitkomt.Als een bedrijf bepaald landschappelijke waarde heeft dan zal je dat naar mijn smaak moeten doen. Maar dat zal toch alleen maar in uitzonderingsgevallen moeten gebeuren. Ik ben toch wel blij dat het niet alleen het huis is dat van belang is, maar ook het groen er omheen. "Weersta in den beginne" zegt U,mynheer Pellis, dat klinkt bijbels. Dat is dan een woord naar aanleiding van degenen die vanuit Klein-Zundert bezwaren hebben ingediend tegen de onderhavige plannen.Ik kan misschien van de gelegenheid gebruik maken om een misvatting weg te nemen. Namelijk dat iemand die nu geen bezwaar maakt, geen recht heeft op schadevergoeding. Dat is uit de lucht gegrepen. U krijgt niet meer of minder als U al of niet bezwaar gemaakt hebt. Ieder die zijn grond aan de gemeente moet afstaan heeft recht op schadeloosstelling. De heer Verheijen verdedigt zijn keuze voor model II -indien de binding van deze plannen niet te zwaar blijkt- door te zeggen dat dit plan een betere aansluiting geeft op het Berk- en Rutvenplan, alsmede op de onderwijsvoorzieningen, het zwembad en het sportpark. Het is volgens hem beter om de uitbreiding overeenkomstig model II te realiseren dan wanneer dit gebeurt conform model IV. De plaats van de onderwijsvoorzieningen is niet zo vreselijk bepalend als U meent. Ik vind het nadeel van een bebouwing aansluitend aan de Berk, dat alsdan een voort- klontering van bebouwing ontstaat, welke zonder structuur en met weinig verband samen komt te hangen met het Rutven- en Berkplan.Ik blijf toch ook wel wat zorg hebben over de aanslui ting van de Berk aan de kern van Zundert.We moeten voorkomen dat die gebieden zich als een soort aanhangsel gaan beschouwen. De heer Kunst vraagt nog naar een uitbreiding in de richting van de Hofdreef. De mogelijkheid daartoe is aanwezig. Voor het ogenblik meent het kollege dat we daartoe nog niet moeten overgaan. Dat kan in de verdere toekomst een interessante mogelijkheid zijn, maar we moeten niet vergeten dat we én in de Berk én ètraks ook in plan IV komen te zitten met de uit gifte van dure gronden die het mede mogelijk moeten maken om woningwetwoningen te bouwen. We kunnen die dure percelen ook maar niet laten liggen door tegen aspirant-bouwers te zeggen: Ga nu maar aan de Hofdreef zitten, daar is het zo mooi en idyllisch.Met de gronden in de Berk zien we wel wat we doen. Wanneer je op een bepaald punt aan een ontwikkeling begint -en dat is dan ook weer een antwoord in de richting van de heer Verheijen- dat moet 3je wel een duidelijke beslissing nemen voor één richting. Want als je gaat snipperen en plakken blijf je overal met akelige onrendabele stukjes zitten.Je moet proberen een heel plan in zijn totaliteit af te werken met de duurdere stukken er bij. Dat is de enige methode om tegenwoordig nog een plan uit te werken. - De -

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1972 | | pagina 170