- 12 -
De voorzitter:
Nu brengt U, mijnheer Valk, factoren in het geding welke wij
niet kunnen beoordelen, namelijk de prijsvaststelling door de
firma Havermans. Wij hebben voor onze tarifiëring van onze
bouwgrondbelasting de grond op zijn ruwe waarde getaxeerd,
dus zonder dat deze gronden nader zijn bewerkt. Die bewerkingen
kosten natuurlijk geld. Daar zit natuurlijk de gehele omslag
van het Eutvenplan in. Dat geldt evenzeer voor de percelen
grond waar we nu over praten.
Ik geloof, dat het nu de tijd is om nader in te gaan op de
tekening, waarop het belastinggebied staat aangegeven. We heb
ben de zaak zorgvuldig voorbereid. Op het schoolbord, dat hier
achter mij staat, is een kaart aangebracht, aan de hand waarvan
ik U een nadere uiteenzetting zal geven over de grens van het
belastinggebied.
Deze punt grond, welke ik hier aanwijs, is gekocht door de
firma Havermans. Hierop rust een straataanlegbelasting
De firma Havermans had de grond tot aan de Reigerstraat in
eigendom, maar voor het gedeelte aan de Fazantstraat hebben
wij niet meer kunnen doen dan een straataanlegbelasting in
voeren. De punt, welke hier inschietbehoorde in eigendom
toe aan de gemeente. Dit stuk is voor de door ons vastgestelde
urijs verkocht middels een transactie met de firma Havermans.
Het gaat dus in hoofdzaak om de zwarte lijn welke hier op de
kaart staat aangegeven. Deze lijn is naar onze mening de grens
tussen de straataanlegbelasting per strekkend® meter en
bouwgrondbelasting per m2. Dus tussen 15»per meter aan
de straat en 25,per m2.
Nu hebben wij, nadat een 1 meter brede grondstrook was overge
nomen van de firma Havermans om de straat te verbeteren,het
bouwblok laten opmeten. Dit bouwblok is 54 meter diep.
De grens ligt derhalve op 27 meter. Dat is dus deze zwarte
lijn, welke eveneens op de bij de veroruening behorende tekening
is aangegeven. De tekening is inderdaad door de inkleuring
misschien wat weinig strak, doch laat geen twijfel over
over de vraag of de spade daar in het midden is gestoken.
Er is dezerzijds gesteld: De firma Havermans heeft deze
gronden gekocht aan de Fazantstraat (destijds Grote Heistraat
geheten), daar kunnen we niets aan doen. De eigenaren van
deze gronden kunnen we slechts met een straataanlegbelasting
belasten. Maar voorzover de Reigerstraat in het belasting
gebied valt, is het onze exploitatie. Die Reigerstraat x^ordt
niet aangelegd voordat er een bouwgrondbelasting is inge
voerd, want op deze manier kunnen wij onze kosten terug
krijgen. Wij hebben uiteraard de spade in het midden van dit
bowblok gestoken. Want er was geen enkele acceptabele reden
om te stellen dat de grens in de ene of andere richting moest
worden verschoven. Wij hebben dus ook niet gesteld:
We leggen de grens, vanuit de Reigerstraat gerekend, twee
meter dieper naar de Fazantstraat. Neen, er is geredeneerd
de ene helft betaalt straataanlegbelasting, dat werkt dus
door tot de helft van de diepte van het bouwblok. Dat staat
eengegeven op de tekening welke bij de verordening is ge
voegd. Nu weet ik niet precies hoe, mijnheer Valk kan dat
beter vertellen,maar er waren plannen om tussen het gehele
bouwblok een weg aan te leggen.
De heer Valk:
Er zijn eerst 10 woningen aan de Fazantstraat gebouwd.
Er mochten volgens het bestemmingsplan aan de Reigerstraat
ook blokken woni-.gen worden gebcuwd en wel bijvoorbeeld
8 of 10 woningen aan elkaar. Indien dit zou worden verwe
zenlijkt zou er een uitrit achter de achtertuinen moeten
zijn gemaakt. Bij de verkoop van de woningen aan de Fazant
straat is er destijds dan ook rekening mede gehouden,dat
de mensen een strookje grond minder in eigendom kregen.
De mogelijkheid moest namelijk open blijven om bedoelde weg
aan te leggen. Nadien bleek, dat vele mensen liever wonen
in blokjes van 2 wpningen dan in een rij aaneengesloten
woningen. Dientengevolge was deze weg c.q. uitrit niet
meer nodig. Toen was de ondergrond van de geplande weg
weer beschikbaar. Vervolgens is door de aannemer gerede
neerd: Verkoop ik die grond nu aan de mensen aan de Reiger
straat of aan de bewoners van de aan de Fazantstraat gelegen
woningen.
De bedoeling om de grens van het belastinggebied in het
midden van het bouwblok te leggen, vind ik een aanvaard
bare redenering. Evenzeer zou ik een redenering op touw
kunnen zetten, dat deze lijn nu juist niet in het midden
ligt.
De voorzitter:
Dat kunt niet. IJ ziet hier een stippellijn lopen. Drt is de
oorspronkelijke begrenzing van de percelen geweest. Deze
lijn is niet gevonden door archeologische onderzoeken maar
door het kadaster en wel omdat mijnheer Bruijns,die op
nummer 36 woont, nog dat korte stuk heeft. Hij heeft later
niet die twee meter (strook voor wegaanleg) erb$ gekregen.
Zijn eigendom is beperkt tot de oorspronkelijke diepte.
Aan zijn perceel kan men precies zien, dat de grens is
ontstaan op 25 meter. Dat wil dus zeggen, dat de oorspron
kelijke verkoop zich uitstrekte tot aan de stippellijn.
Die weg is er niet gekomen en zou vier meter breed worden
ten behoeve van auto's. Toen is de gehele weg naar de
Reigerstraat gegaan. Maar het is logisch, dat, wanneer er
tussen twee percelen een pad wordt gelegd, dit pad in het
midden wordt gelegd. Eveneens is het logisch dat aan weers
zijden grond voor de aanleg van een dergelijk pad wordt
afgenomen. Zo is ook gebeurd bij de eigenaren van de
Fazantstraat en de Reigerstraat. De eigenaren van de aan
de Fazantstraat staande woningen hebben aanvankelijk twee
meter minder tuin gekregen omdat er een weg zou moeten
komen. Ook de mensen aan de Reigerstraat kregen een twee
meter minder diepe tuin. Toen kwam vast te staan, dat deze
weg niet zou worden aangelegd, is de vier meter diepe
strook grond niet verdeeld tussen de eigenaren van de
Fazantstraat en de Reigerstraat, doch hebben de eigenaren
van de aan de Fazantstraat gelegen gronden deze vier meter
diepe strook aangekocht en bij hun eigendom gevoegd. Laatst
bedoelde eigenaren kregen hierdoor een vier meter diepe
strook grond in eigendom, waarvoor zij -zonder dat zij dit
in de gaten hadden- 25,per m2bouwgrondbelasting
schuldig waren aan de gemeente.