- 2 -
in het agrarisch gebied. Deze uoning moet dan deel uit
maken van het oorspronkelijk thuiserf. Daar is dus een
regeling voor.
De heer Van Bedaf
Het gaat om mensen die in Schijf wonen en wel op het
grondgebied dat tot deze gemeente behoort. In deze ge
meente mogen zij geen woning bouwen. In de aangrenzende
gemeente Rucphen worden deze mensen met open armen ont
vangen. Deze mensen zijn hier geboren en getogen en zou
den graag in Zundert willen blijven wonen. Ik zal in elk
geval het door U, mijnheer de voorzitter, naar voren ge
brachte goed onthouden. Ik wil hier nogmaals pleiten voor
verzachtende omstandigheden voor boeren en hun zoons bij
de toepassing van de bestemmingsbepalingen ingeval van aan
vragen voor de bouw van woningen op hun bedrijven.
De voorzitter:
Ik wil toch nog wel op deze aangelegenheid ingaan,omdat
dit probleem wel wat ingewikkelder is dan het lijkt.
Als toegestaan wordt dat een boer of een tuinder van 65
jaar, die wil gaan rusten, op een willekeurige plaats in
het buitengebied een woning gaat bouwen,derhalve los van
het thuiserf, dan is het wel heel duidelijk dat de deur
erg wijd komt open te staan voor andere bouw in het
buitengebied, hetwelk volgens de geldende voorschriften
niet kan worden toegestaan. Ik dacht dat de Zundertse
voorschriften al tamelijk wat mogelijkheden bieden en
dat het volstrekt onhaalbaar zou zijn indien de raad zou
besluiten om tot een soepeler regeling te komen.
Ik geloof niet dat burgemeester en wethouders zich hier
tegen zouden verzetten, indien de raad hiertoe wil
overgaan, maar ik geloof dat het een volstrekt onhaal
bare zaak zou zijn. Ik geloof dat we het met de huidige
regeling goed kunnen stellen. De eisen welke wij hier
hebben ten aanzien van de bedrijfsgrootte voor tuinders-
bedrijven zijn bijzonder soepel naar mijn smaak en laten
meer toe dan op menige plaats mogelijk is. Dat zou ik
dan toch nog, in aansluiting op hetgeen gezegd hebt,
in het midden willen brengen. Ik begrijp best dat er in
de raad gemakkelijk een meerderheid zou zijn te vinden
om het bouwen in het buitengebied volledig vrij te maken,
maar U zult toch met mij begrijpen dat een dergelijk besluit
niet de vereiste goedkeuring zal verkrijgen. Als U het met
die realistische konstatering eens kunt zijn, mijnheer
Van Bedaf.
De heer Van Bedaf:
Het gaat mij er maar om dat de nodige soepelheid bij de
toepassing van de voorschriften wordt betracht. In ieder
geval \^ens ik aangetekend te zien dat ik tegen het voor
stel van burgemeester en wethouders ben.
De voorzitter
Er kan geen vergunning worden verleend, welke niet toelaat
baar is op grond van de geldende voorschriften. Dat soort
soepelheid lijkt mij volstrekt onjuist. Wanneer een vergun
ning gegeven kan worden met hantering van alle mogelijkheden
die er zijn dan kan dit gebeuren. Als de voorschriften het
verlenen van een vergunning niet toestaan kan geen vergunning
worden afgegeven. Dat is geen kwestie van souplesse, maar
het hanteren van bevoegdheden welke het college van burge
meester en wethouders bezit.
De heer Valk:
De raad heeft alle voorschriften dienaangaande vastgesteld.
De voorschriften zullen derhalve dienovereenkomstig tot
uitvoering dienen te worden gebracht. Als de heer Van Bedaf
dit anders wenst, dan geloof ik dat dit aan de raad ver
zocht moet worden. En ik mag toch wel vaststellen, mijnheer
de voorzitter, dat de frakties van waaruit de wethouders
gekozen zijn - en ik mag wel stellen dat dit van de kant
van de heer Van Bedaf is- toch wel het heft in handen hadden.
Ik ben het er in elk geval mee eens, mijnheer de voorzitter,
dat burgemeester en wethouders de voorschriften welke zijn
vastgesteld, tot uitvoering moeten brengen.
De voorzitter:
Ik ben blij dat U dit constateert. Het is voor ons ook wel
eens een vervelende zaak om tegen iemand te moeten zeggen
dat de voorschriften de gewenste bouw niet toelaten.
Als de raad zou besluiten andere voorschriften vast te
stellen, dan zouden deze voor ons college uiteraard bindend
zijn. Ik zeg U er bij, dat het me niet realistisch lijkt dit
aan te spannen omdat daarop geen goedkeuring te verwachten
valt
De heer Valk:
Ik geloof dat alle raadsleden te dien aanzien wel een be
hoorlijke soepelheid zouden willen hebben.
De voorzitter:
Eet zou, dacht ik, alleen maar een verkeerde indruk wekken.
Denkt U niet, mijnheer Van Bedaf, dat er bij het college
geen begrip of sympathie bestaat voor de problemen van de
man die 65 jaar is en zijn bedrijf gaat verlaten. In ver
schillende gevallen worden toch nog alleszins aanvaardbare
oplossingen gevonden. Eet zal mijnheer Valk ook wel bekend
zijn dat deze oplossingen mogelijk zijn, zij het op beperkte
schaal en niet zo ruim als de heer Van Bedaf zich dit voor
stelt. Een ondeugende opmerking die mij overigens wel wil
ontsnappen is, dat de heren altijd wel tot een betere per
ceelsindeling z*ïuden kunnen komen door middel van een vrij
willige ruilverkaveling, maar dat is een andere kwestie.
Met betrekking tot het schrijven van de R.K.V.V.Wernhout
inzake het verlenen van het recht van opstal voor de plaat
sing van een kleedlokaal deelt de voorzitter mede,dat het
verzoek van deze vereniging om een kleedlokaal te bouwen
en daarvoor subsidie te ontvangen in behandeling is en