4 - De heer Valk: U zegt, dat wij verlies zouden lijden, als we de prijzen niet zouden aanpassen. Nu herinner ik mij, dat wij destijds deze gronden zeer voordelig hebben kunnen kopen. De voorzitter: Ik heb gesteld, dat wij, als we de gronden zouden verkopen zonder de rente bij te schrijven, verlies zouden lijden. Er is toen een exploitatie-- opzet gemaakt, waarbij er van uit is gegaan, dat :.n 1964 Laar I en in 1965 Laar II verkocht zou zijn Dat is niet gebeurd, waarom die gronden op het ogen blik geld liggen te kosten. Zouden we nu doorgaan met te verkopen tegen de vastgestelde prijzen, da:i lijden we verlies. De nog lopende transacties zul len we natuurlijk naar de oude regelen moeten af handelen, maar nu zou ik toch graag zien, dat voo: nieuwe gevallen de prijs wordt bijgetrokken, zoda we geen verlies zullen gaan lijden. Of we ooit ve lies zullen lijden is op dit moment helemaal niet te zeggen. De heer VauLik: Stel nu eens voor, dat na aanneming van deze nieuwe prijs zich een grotere gegadigde meldt, di 5 of 10 percelen wil kopen, dan zal deze de grond prijs ook te duur vinden. Ka?ic iemand dan eventuee goedkoper kopen. De voorzitter: Neen, beslist niet. Dit is een exploitatie, die berekend is op de verkoop van individuele percele Het gaat niet aan om korting te geven als men en masse koopt; dat kan eenvoudig niet, want dat zou tot gevolg hebben, dat je de individuele koper, die later komt, meer zou moeten laten betalen voo de eerder gegeven korting. De heer Valk: Het lijkt me dan voor de verdere toekomst wel moeilijk worden om deze grond geplaatst te krijge De voorzitter: Nou, dat zie ik toch ook nog niet. Zo erg is het momenteel toch niet gesteld met de grondverkopen We zullen er bepaald de aandacht op moeten vestigen dat hij er is. Het zou natuurlijk prachtig zijn, dat een grote bouwer voor de normaal geldende pri die echt niet zo gek is, een aantal percelen zou kopen en die zelf zou gaan verkopen. Dat zou zeke toe te juichen zijn. Geen der leden stemming verlangende wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen. i n. Is r Voorstel van burgemeester en wethouders tot het vaststellen van twee verordeningen baatbelasting electrificatie De heer Verheijen: In het voorstel staat Mouws; bedoeld is zeker Nouws De voorzitter: Inderdaad De heer Hoekman: In een vergadering in 1966 is aangekondigd, dat de mogelijkheid zou worden onderzocht om deze baat belasting af te schaffen. In de loop van de 15 jaren, gedurende welke op deze wijze de electri ficatie in de onrendabele gebieden is uitgevoerd, hebben steeds meer inwoners aan de betreffende straten gebouwd. De baatbelasting, die de nadien aangeslotenen moeten betalen, is niet in minde ring gekomen op het bedrag, dat degenen, die vanaf het eerste moment in deze belasting werden aangeslagen, verschuldigd zijn. De voorzitter: Ik begrijp \^at U bedoelt, maar ik zou eerst in de boeken moeten duiken om IJ hieromtrent nader te kunnen informeren Ik kan Uw vraag zonder meer niet beantwoorden; ik kan U in het algemeen wel zeggen, dat we deze baatbelastingen niet kunnen missen. De heer Hoekman: In die bewuste vergadering is gezegd, dat we niet blij zijn met deze belasting en al het mogelijke zouden doen om haar af te schaffen. De voorzitter: De suggestie is geweest deze baatbelasting af te schaffen en haar op te nemen in de straatbelas ting. Je moet er nu eenmaal ergens mee blijven. Het moeilijke punt blijft altijd, dat er mensen zijn, zoals dezen, die enorme kosten veroor zaken als zij op het net moeten worden aangeslo ten. De hier in het geding zijnde bedragen haal je met de straatbelasting niet terug. Ik dacht ook, dat iemand, die nu per se zo afgelegpn wil gaan bouwen, daarvan de consequenties zal moeten nemen. We willen hem daarmee niet in één keer belasten en we willen hem ook best tegemoet komen in de financiering, maar je kunt dit niet zo maar laten lopen. De kwestie van de reohten op vermindering voor de eerstaangeslagenen als er meerdere aansluitingen op dezelfde kabel komen, kunnen we nog wel eens bekijken, maar het prin cipe, dat er een baatbelasting moet zijn voor dit soort gevallen, zou ik echt niet willen los laten. 0.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1967 | | pagina 92