c
r
c
- 2 -
In de keur van Zundert van het jaar 1574 lezen wij, dat de ge
zworenen (de toenmalige raadsleden) "onder de Linde" dat wil
zeggen op de huidige Markthun eed moesten afleggen. Nog in
de 17e eeuw werden de kinderen van het armbestuur (wezen of
voogdij-kinderen) "Onder de Linde" uitbesteed.
De eerste secretarie is in het jaar 1638 gebouwd. De rekening
spreekt van "metsers" - metselaars, en heeft het over een af
zonderlijke rekening van de secretarie. *7at er toen is ge
wrocht, was eigenlijk nog geen heus gemeentehuis. Waarschijn
lijk heeft het niet méér bevat dan een klein vertrekje voor de
klerk van de secretaris, die zelf meestal thuis zijn zaken af
deed, Dit blijkt uit tal van posten uit de rekeningen. Als het
dorpsbestuur in 1656 het kohier op de verponding vaststelt,
gebeurt dit in de herberg van Maeyken Cornelis Peters van der
Heyden. In hetzelfde jaar huurt het dorp een schuur van Corne
lis Eerstens; een bescheiden voorloper van de huidige loodsen
van Gemeentewerken. Veel vergaderingen werden gehouden bij de
secretaris aan huis; zijn vrouw was wel zo wijs voor de gela
gen en de mondkost"zoals het heet, haar deklaratie in te die
nen» Andere vergaderingen werden bij de ontvanger thuis gehou
den, bijvoorbeeld als de rekeningen moesten vastgesteld worden.
Die eerste primitieve secretarie is langzaam uitgegroeid tot
gemeentehuis. Het bestuur zag in, dat het op de duur een vast
verblijf zou moeten hebben voor de administratie. Dit was op
de eerste plants al gewenst voor de goede orde en voor het
bewaren van de stukken en archieven. Maar ook was het noodza
kelijk om een zeer prozaische reden. Bij de vergaderingen in
de herbergen liepen de nota's der verteringen nogal op. Wel
iswaar was door de oude keur van Zundert bepaald, dat de sche
penen en gezworenen slechts een matig drinkgeld per vergadering
mochten declareren, doch aan deze bepaling werd blijkbaar niet
de hand gehouden. Wat is er trouwens moeilijker te bepalen dan
een matig drinkgeld? De domeinraad van de prins van Oranje had
al meerdere malen erop gewezen, dat alle "onnutte" kosten van
verteringen vermeden dienden te worden. 3n weer: wat is moei
lijker uit te maken, met een glaasje véér zich wat nut en onnut
is?
Op 10 mei 1662 nam het dorpsbestuur het besluit een dorpshuis te bou
naast de kerk, waar een oude, eerbiedwaardige eik opgeruimd zou
moeten worden. Dit besluit is echter niet terstond uitgevoerd,
doch na enige tijd.
De direkte aanleiding voor deze bow was een zeer bijzondere.
Er bestond een bepaling uit het reglement op het bestuur, die
de regenten van de dorpen in de Baronie uitdrukkelijk verbood,
zittingen in herbergen te houden. Zoals het meestal gaat met
zulke catagorische verboden, had ook deze weinig effect gehad.
Voor 11 mei 1690 was door het dorp Zundert een vergadering uit
geschreven.
wen
- 3 -
De schout van Wernhout, die ambtshalve lid was van het bestuur van Groot
Zundert, Klein Zundert en Wernhout, weigerde het convocatie-biljet te
tekenen en ter vergadering te verschijnen, omdat niet de hand gehouden
was aan de bepaling van het Politiek Reglement. Vroeger had hij er nooit
iets van gezegd i Tot zijn handelwijze was hij waarschijnlijk niet alleen
geinspireerd door respect voor de Wet; eer was dit voor hem een pracht
gelegenheid tot obstructie. In die tijd immers leefden er in het dorps
bestuur van Zundert talloze tegenstellingen. De heerlijkheid Wernhout
voelde zich bezwaard op tal van punten, daar zij, hoewel deel uitmakend
van het administratieve bestuur van Zundert, als eigen en afzonderlijke
heerlijkheid niet in alle lasten van de Baronie wilde dragen» Elein-
Zundert streefde op dit tijdstip zelfs naar een algehele losmaking van
Groot Zundert. In veel gevallen was de schout van Wernhout do voorman
van de oppositie. In dit concrete geval was het gelijk geheel aan zijn
kant. Het eind van het lied was dan ook, dat in een der volgende vergade
ringen met algemene stemmen besloten werd een dorpskamer te bouwen. De
schout van Zundert adviseerde de vergadering af te wijken van een vroeger
voorstel en de dorpskamer groter te bouwen dan oorspronkelijk was ge
dacht, namelijk op 20 voet, waarschijnlijk bedoeld in het vierkant. Zo
werd besloten.
De naam van dorpskamer was zeer juistj het gebouwtje bevatte slechts één
kamer van ongeveer 6x6 meter. Nog was het gebouw te groot voor de ge
meente, want de zolder boven de dorpskamer werd enige jaren later ver
huurd. Na twee jaar ontdekte men, dat het dorpshuis wel eens schoonge
maakt diende te worden, en werd een werkvrouw aangesteld.
De dorpskamer stond tegen de noordelijke gevel van het koor der kerk,
waartegen zij koud was aangebouwd. Op een prent uit het einde van de 18e
eeuw is te zien, dat het gebouwtje twee spitse zadeldaken had, en aan
de voorkant enige ramen. Het stond ongeveer op het noordelijkste deel
van het huidige parochiehuis.
Toentertijd lag het kerkhof rond de kerk, Misschien is het wel opzet ge
weest daar de dorpskamer te plaatsen. De kerkhoven golden immers van ouds
her als heilige en onaantastbare plaatsen, die practisch dezelfde vrij
heid genoten als de kerken. In het jaar 1703, toen Zundert omzwermd was
door Franse en Engelse troepen, werd het kerkhof tot de enige volledig
veilige plaats geproclameerd, waar alle partijen van af te blijven
hadden. Met dit raadhuisje in de dop heeft Zundert het bijna twee eeuwen
gedaan.
In het jaar 1821 wijdde het gemeentebestuur wat meer aandacht aan de ad
ministratie en aan de goede bewaring van de archieven. Burgemeester ytus
toentertijd notaris Schaap, die uit hoofde van zijn ander beroep wat
meer eerbied had voor de oude stukken. Op 2 mei werd besloten een nieuwe
kist te laten maken voor de berging van het archief en andere waarde
papieren. Dit was een enigszins verre aanloop tot de bouw van een nieuw
gemeentehuis. Op 22 september van hetzelfde jaar benoemde de raad een
commissie om te onderzoeken, of en in hoeverre het oude dorpshuis naast
de kerk hersteld zou kunnen worden en wat de kosten hiervan zouden be
dragen.
Samsem. 17192 ii