2 -
II.
Wethouder Koeken vraagt zich naar aanleiding van de
woorden van de Hoer Vorheijen af wanneer men cffisieel kontai
h^eft; hij zegt nogmaals kontakt te hebben gehad en verklaart
dat de zaak is, zoals hij deze gesteld heeft.
Wethouder Pollis vindt het jammer dat de heer Ver-
heijen niet verder geïnformeerd heeft,want het gemeentelijke
apparaat strekt zich verder uit dan Wethouder Koeken.De ge
meente hoef u beslist goede ambtenaren en de heer Franken kan
diverse data opgeven. Z.i. treft Wethouder Koeken geen blaam.
De Hoer Vorheijen heeft de absolute overtuiging dat
do stukken vóór de raadsvergaderingen met zorg behandeld en
samengesteld worden: deze zijn informatiebron in eerste in
stantie en hij heeft het volle vertrouwen daarin.Positief be
strijdt hij de mening ra de hoer Pellis,dat hij niet vol
doende geïnformeerd zou zijn. Vóór de stukkon ter tafel ko
men^, is er gelegenheid deze in te zien; dat is ook gebeurd
en deze zaak voorgedragen met een toelichting zwart op wit
bij de vergadering staat men voor eon voldongen feit en is
er niet moer te informeren) neemt ondergetekende dan zonder
m.er voor waar aan. Toen hij er van den Broek om gevraagd
hoe,ft- en deze over het onteigeningsplan een enigszins scham-
pero opmerking maakte - beweerde deze dat hij geen enkel
kontakt had gehad en dat de Heer Koeken dit ook niet had
ge-zocht.
De Voorzitter verklaart, dat het hem bekend is dat
cr vele kontakten via het Gemeentehuis geweest zijn en dat
van den Broek volledig op de hoogte was van de gemeentelijke
plannen. Ongeveer 14 dagen geleden heeft hij nog bevestigd
met de H^er van Vliet kontakt te zullen opnemen. Nu hebben
wij van Vliet maar gebeld en hem gevraagd om af te werken.
De Heer Valk meent, naar aanleiding van het gestelde
op pagina 4 der notulen, niet gezegd te hebben dat hij de
oversteekplaatsen liever ergens anders had.
Do Voorzitter noemt - go zien de zachte uitdrukking
van de heer Valk - wel aan dat dit gezegd is en verwacht toch
niet dat wijziging gevraagd zal worden.
Zonder hoofdelijke stemming worden do ontwerp—notu
len vastgesteld.
Ingekomen stukken
De Heer van Bedaf dringt, nu de aankoop van het pand
van Domen is goedgekeurd, op spoedige sloping aan; aan de
Wernhoutseweg is een aangekocht pand al bijna door do jeugd
gesloopt en daardoor wordt het minder waard.
i
Ingekomen stukken.
De Voorzitter merkt op, dat hot slopingsplan besteks—
klaar is.
- 3 -
3 o zw aar s chr if t wa cht-
verbod begin Acht-
I Isoweg.
De Voorzitter kan Aiet
direkt zeggen wat ,juri-
dich onder parkeren valt.
De Heer Verheijen zegt,dat enkele vergaderingen gele
den diepgaand gesproken is over do bebouwing in "Noord" tus
sen de Wissel en de R.B.T.. Hij wil gaarne weten hoe de za
ken staan met do onderhandelingen of do bouwerij.
De Voorzitter doelt mede, dat de tekeningen intussen
goedgekeurd zijn. Dë zaak wacht nu op rijksgoedkeuring en
het grondtransport.
De stukken 1 t/m 19 worden zonder hoofdelijke stemming
voor kennisgeving aangenomen.
20. Bezwaarschrift wachtverbod Achtmaalsoweg.
De Voorzitter zegt dat deze kwestie nader in studie
is geweest naar aanleiding van het bezwaarschrift. Als belen
dende eigenaren nu 385 m2 grond afstaan kunnen er met een
trottoirvcrsmalling enkele parkeergelegenheden naast de weg
komen. Hiervoor wordt een krediet van 3»625gevraagd.
Op een vraag van de hoer van Aert antwoordt de Voor
zitter dat do parkeergelegenheid vrij van de weg komt.
De Heer Buijs is er wol voor maar maant toch tot voor
zichtigheid bij dit toegeven. Hij wijst er op dat er voldoende
parkeergelegenheid is en wil de algemene veiligheid voorop
stellen en hot prive-belang niet. In Veoro heeft Minister
Korthals dit ook nog verklaard. De veilgheid van iedereen
moet voorop staan.
De Voorzitter meent, dat door de voorgestelde tussen
vorm zowel het algemeen als het privó-belang gediend is.
De H^or Vorheijen juicht deze oplossing toe, die
misschien geen 100fo bevrediging geeft maar voorziet in de
belangen bn van de middenstand bn van het verkeer, oón vraag
heeft hij nog over de kwestie parkeerverbod langer dan -4 uur
welke overigens al wel voldoende is doorgezaagd en waarin
sprekers standpunt ook bekend is. Hot laden en lossen neemt
heel wat tijd in beslag en een kwartier lijkt hem daarvoor
erg kort. Hij vraagt daarom of ook dit onder de werking van
het parkeerverbod valt/"z.i. is lad^n en lossen daaronder
niet te begrijpen en bij de politie zal het zelfde begrip
wel bestaan. Parkeren is meer het onbeheerd laten staan,
hetgeen bij laden en lossen niet het geval is. Do ge^st van
de regeling zal hierbij wel benaderd worden.
De Heer van Bedaf wijst erop dat bij aanleg van de
weg achter de Molenstraat alles opgelost is men kan dan
daar laden en lossen.
De Voorzitter ziet deze weg nog ver in het verschiet
en alleen als direkt de grote noodzaak ervan blijkt, zal die
er komen.
Somsom 17192 II