Blad 1
VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op V/oensdag 25 Januari'9 56 des
namiddags 5 .15uur.
Aanwezig zijn de Heren: L.A.Buijs; C.i'.Huijbregts; P.A.v.Alphen; J.C.van
Bedaf J.A.Nouws; J.J.Damen; C.Matthijssen; J.J.Mertens; A.Verheijen; M.V.
HenseCJde Mei jerJ A.M.Kunst
Afwezig: J.R.M.de Bie.
Voorzitter: G.J.A.Kanders.
Secretaris: L,C.L.Luijcfcx.
De voorzitter opent de vergadering met het gebed:
"Heer, Wij bidden U, stort Uwen mildsten zegen over deze vergadering; wil
onzen geest verlichten, onze beraadslagingen geleiden, opdat wij geen ogen
blik mogen tekort doen aan onzen plicht en in staat mogen zijn, de belangen
der gemeente Zundert met alle krachten te bevorderen. Wij dragen U onzen ar
beid op tot Uwe meerdere eer en tot heil der gemeente Zundert. Amen".
I. Vaststelling van de notulen van de vergadering van 10 Januari 1956.
Wijl geen der leden op of aanmerkingen heeft op deze notulen, worden deze
notulen ongewijzigd goedgekeurd en vastgesteld.
II. Ingekomen stukken.
De voorzitter zegt, dat nog is ingekomen een stuk dat niet op de agenda
vermeld staat, nl. een brief van de heer de Bie luidende: Zundert,25 Jan.
1956. Aan den Raad der gemeente Zundert te Zundert. Edelachtbaren Heer
Voorzitter. Onder dankzegging aan het College van Burgemeester en Wethouders
en verder aan alle leden van den Gemeenteraad van Zundert voor het vertrou
wen dat de Raad gedurende bijna pO jaar in mij heeft willen stellen, deel
ik U mee, dat ik mijn lidmaatschap van den Gemeenteraad hiermede opzeg,
terwijl ik U verzoek mij dat ontslag te willen verleenen. Ondergetekende
is op een leeftijd gekomen dat het hem beter past plaats te maken voor jon
geren, die zich in de tegenwoordige problemen meer en beter kunnen inwerken
dan ondergetekende. Ondergeteekende heeft verder belangen, die mogelijk met
de bedoelingen der Gemeente in strijd zullen zijn,wat in den Raad tot uit
drukking zou kunnen komen, en wenscht mogelijke moeilijkheden te voorkomen.
Mijne Heren, aldus de voorzitter, wij hebben zo juist in de informele
bespreking afscheid genomen van de heer de Bie. Ik heb daarbij getuigd van
de grote vriendschap, de correctheid en de onpartijdigheid van de heer de
Bie en zijn wil om er het beste van te maken wat mogelijk was.Bijna 30 ja
ren heeft hij de behangen van de gemeente behartigd en ik verklaar dan ook,
dat de heer de Bie als trouw raadslid zeer node gemist zal worden.
Hij was een der ouderen, die met grote bedachtzaamheid de zaak van de
gemeente gadesloeg en nauwkeurig en zorgvuldig alles behandelde. Zijn ad
viezen zullen wij daarom node missen. Het bedanken voor het raadslidmaatschap
is gekomen als een bliksemslag,maar toch kan spreker zich indenken, dat voor
de heer de Bie de persoonlijke belangen zo groot zijn dat hij ze niet kan
verenigen met het raadslidmaatschap en dat hij-daarom bedankt heeft.
Spreker wenst de heer de Bie dat het hem goed mag gaan en zegt hem hartelijk1
dank namens de gemeente en de gemeenschap voor wat hij in bijna 30 jarige
dienst deed en waarbij hij de eensgezindheid, welke hij zo hoog op prijs
stelde ook mede bereikte.
De heer Matthijssen spreekt dan als volgt: Mijnheer de Voorzitter. In
verband met de woorden welke de heer de Bie zo juist tot ons gericht heeft
wou ik ook nog een enkel woord zeggen.
-2.07.51